Onderzoek en kwaliteit

Leo Ottes en Jan Kremer schreven een essay waarin zij de ontwikkeling van het denken over kwaliteit van zorg over de jaren heen schetsen. De kernboodschap die zij, net als de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving, uitstralen is dat er een nieuwe visie op kwaliteitsdenken nodig is. Het huidige denken over evidence based practice als fundament hiervoor vertoont namelijk scheuren. In hun essay geven zij een aantal suggesties ter verbetering waar ik me heel goed in kan vinden.

Wat mij echter triggerde, was wat al meteen in de samenvatting wordt vermeld:

‘Veel medisch wetenschappelijk onderzoek deugt niet, bijvoorbeeld door verkeerde onderzoeksvragen, te kleine steekproef, bias, verkeerd gebruik van statistiek, etc. Onderzoeksresultaten zijn daardoor onbetrouwbaar’. Er wordt zelfs een vermijdbare verspilling van zo’n 85 procent van het onderzoeksgeld genoemd.

Dit percentage komt van Chalmers (2016), die het eerst zelf ook niet geloofde. Die 85 procent gaat wel voornamelijk over clinical trials. Volgens Chalmers wordt veel onderzoek niet (ruim) gepubliceerd waardoor er ook niet verder op kan worden voortgeborduurd, onderzocht. Kennis moet steeds kritisch bezien worden op fouten, zodat kennis kan groeien. En Chalmers toonde aan dat meer dan de helft van de onderzoeksresultaten niet deugen.

“Een vermijdbare verspilling van zo’n 85 procent van het onderzoeksgeld”

U begrijpt dat ik hier erg van schrok. Zeker gezien het feit dat politici ons steeds voorhouden dat we vertrouwen moeten hebben in de wetenschap. Ik lees in het essay dat de uitkomsten vaak discutabel zijn door onder andere verschillen in onderzoeksmethoden, een te beperkte populatie die wordt onderzocht en verkeerde interpretatie van p-waarde. ‘In elke stap in een wetenschappelijk onderzoek maken mensen keuzen, ieder op basis van zijn of haar eigen expertise, referentiekader en meningen. De uitkomsten van wetenschappelijk onderzoek zijn dan ook niet waardenvrij. Ze kunnen ook niet waardevrij gemaakt worden. Wetenschap is mensenwerk en moreel geladen. Dit betekent ook dat er fouten gemaakt worden.’

Gelukkig gaat er in de loop van de jaren ook heel veel goed. En de schrijvers geven aan dat we ervoor moeten waken het kind niet met het badwater weg te gooien. Zij pleiten ervoor dat wetenschap juist wordt versterkt en een passende plaats krijgt in het bevorderen van het verlenen van goede zorg. Zij geven hier zelf al een goede aanzet voor.

Als professionals in de zorg horen we steeds dat we duidelijker onze kwaliteit moeten aangeven. Het meten ervan blijkt echter niet eenduidig te zijn.

Delen