Passend onderwijs (2)

Het streven naar een goede plek op school voor elk kind is er al lang. Eerder schreef ik hier ook over. De Wet passend onderwijs werd in 2014 in het leven geroepen om kinderen, rekening houdend met hun eventuele beperkingen, als het kon naar het regulier onderwijs te laten gaan. Er werden samenwerkingsverbanden opgericht en er kwamen onderwijsarrangementen.

De zorgplicht bij aanmelding van een kind was een heikel punt. Want eenmaal aangemeld had een school de verantwoordelijkheid, ook financieel, dat een kind op de juiste manier onderwijs kreeg. Was dat niet mogelijk op de school zelf, dan moest gekeken worden naar een andere plek. Binnen het speciaal onderwijs werden meerdere kinderen goed opgevangen.

Het ministerie van OCW had als doel alle kinderen te laten meedoen. En ze zo goed mogelijk voor te bereiden op een vervolgopleiding en op een plek in de samenleving. Het aantal thuiszitters daalde, maar was nog steeds groot. Het bleek voor leerkrachten moeilijk om alle kinderen voldoende aandacht te geven, ondanks ondersteuning.

Er kwamen projecten waarin reguliere scholen en scholen voor speciaal onderwijs samen een plek kregen in hetzelfde gebouw. De ervaringen van ouders, kinderen en leerkrachten werden beschreven in de Evaluatie Passend Onderwijs. Het bleek dat men er meer van had verwacht. De organisatie van de ondersteuning van leerlingen en studenten was wel verbeterd. De stelselwijziging had echter te weinig opgebracht.

Alleen de organisatie van de ondersteuning van leerlingen was verbeterd

Nu lees ik dat minister Wiersma samen met staatssecretaris van Ooijen een contouren werkagenda Route naar inclusief onderwijs 2035 heeft opgesteld. Met als doel kinderen met en zonder beperking of ziekte samen naar school te laten gaan. De reacties zijn veelal wantrouwend. Er zijn geen  aanvullende middelen omschreven en leerkrachten hebben het gevoel overvraagd te worden. Veel leraren voelen zich niet gekend en het financieel kader lijkt beperkt. De reacties van ouders zijn divers. Een kleine klas wordt wel vaak als belangrijk gezien. Men denkt ook dat het een bezuinigingsmethode is.

Dat de ministeries van zorg en onderwijs bij deze werkagenda samenwerken, is zeker goed. Het is belangrijk dat de expertise die nodig is voor de zorg van een kind is ingebed in het onderwijs. Dit allemaal in de eerste lijn regelen is niet te doen. Daar is het al druk en wordt overleg met school niet bekostigd. De expertise die nu aanwezig is in het speciaal onderwijs zal nodig blijven, op welke plek dan ook.

Of elk kind dan tot zijn recht komt, is de vraag

Dat het vervoer naar het speciaal onderwijs een ramp is voor veel leerlingen, is zeker zo. En het doel om inclusie in de wijk te bewerkstelligen, is mooi. Of elk kind dan echt tot zijn recht komt, is de vraag. Gezien de reacties lijkt het dat het onderwijs er nog niet klaar voor is. De vraag om betere voorwaarden ligt er duidelijk. Ik lees gelukkig ook mooie voorbeelden van inclusie die hoopgevend klinken. De werkagenda moet nog uitgewerkt worden. Zeer benieuwd hoe dit gaat verlopen.

Delen