Pijn

Elke taal is een taal van pijn:
Veel namen voor onnoembare grootheden
veel tijden voor een tijd
die altijd tegenwoordig moet zijn, en altijd
zonder naam.

In een paar regels dringt Henrik Nordbrandt (1945) door tot de kern van zijn oeuvre: elke poging om de werkelijkheid te omvatten in taal, is gedoemd om te mislukken en dit doet pijn. Taalkundig kennen wij een onvoltooid en voltooid verleden tijd maar het échte verleden is voorbij. Met deze regels begint het gedicht ‘Klein essay over de taal’. Het staat in Droombruggen, de enige bundel van deze Deense dichter die in Nederlands is vertaald. Op de site van Poetry International staan wel nog enkele vertaalde gedichten met geluidopnamen, waarbij men de dichter de oorspronkelijke versies hoort voordragen. ‘Klein essay over de taal’ eindigt met de constatering dat ook nieuwe talen niet verder zullen reiken:

Elke taal gaat dood. De pijn blijft achter
en nieuwe talen verklaren dezelfde pijn
als pijn.

En elk woord wordt gevolgd door een stilte
die geen woord vermag te overstemmen.

Wat houdt die pijn is, die onlosmakelijk verbonden lijkt te zijn aan taal en daarmee ook aan ons mens-zijn? Het gedicht ‘Appèl aan de loodgieters’ opent met een omschrijving: “Ik pleegde het woord pijn te gebruiken / zoals wanneer je het hebt over een gootsteen / die verstopt is.” Die pijn lijkt nog mee te vallen: voor een loodgieter is een verstopping slechts een kleine klus. Anders ligt het wanneer de geliefde van Nordbrandt komt te overlijden en drie mannen – Ugur, Asaf en Behçet – hem daags hierna in zijn stamkroeg troosten:

Ugur, die bloemen ging kopen
en me vroeg om ze mee te nemen
als ik weer naar de plek ging
waar het gebeurd was
Asaf die mij later een tekening gaf
En Behçet, de psychiater
die aanbood me te helpen
met wat “rouw” wordt genoemd.

Twee jaar later worden de drie mannen gedood: “verbrand in naam van God / door een schare fanatici.” Hun troost zou echter blijven bestaan. Het woord “rouw” dekt op geen enkele wijze de lading.

De gedroogde rozen
liggen in het bagageruim van mijn auto
Asafs tekening
Vergeelt in haar lijst aan de muur.
Wat de rouw betreft
verbaast het me dat ik dat woord
zoveel jaar geleden
geleerd kan hebben
toen dat wat me het meest stoorde
verveling was.

Dat de drie mannen Turkse namen hebben, is geen toeval. Hendrik Norbrandt mag dan gelden als één van de bekendste Deense dichters, zijn leven bracht hij lange tijd door in Turkije, Griekenland en Spanje. Vanwaar dat gereis, want de dichter schrijft zelf: “Waarheen we ook reizen, we komen altijd te laat / om datgene te vinden waarvoor we op weg gingen.” De ‘pijn’ die inherent is aan taal, weerspiegelt ‘het menselijk tekort’: wij uiten ons immers in taal en daarom laat de mens zich via taal kennen. De ‘pijn’ van dat ‘menselijk tekort’ is – aldus Norbrandt – de onmogelijkheid om datgene te bereiken waarnaar wij streven.

Wat is het uiteindelijke doel van onze zoektocht? Ieder mens wil zichzelf leren kennen en doorgronden. De zoektocht die onze levensreis is, brengt ons ook naar de natuur. Maar “in welke rivieren we ons ook spiegelen / we zien onszelf pas nadat we ons hebben omgedraaid.” Toch bewaart de rivier een geheim, die ons bestaan rechtvaardigt. ‘Het geheim van de rivier’ behoort wellicht tot één van de mooiste gedichten van Henrik Nordbrandt:

Dit landschap lijkt een geheim
omdat de rivier onzichtbaar is
vanaf de plek waar ik mij bevind.
En daarom is dit ook
het landschap waar ik het makkelijkst
mezelf zou kunnen missen.
Tussen deze groene hoogten en blauwe bergen
wordt mijn persoon bijna
als een belediging ervaren.
Maar hij blijft nodig: want ik
weet hoe de vuurvliegjes de rivier verlichten
wanneer het donker hem verbergt
en niet zoals nu de heuvels,
die door de afgewende glooiingen
het turkoois groen van het water
en de zeewaarts drijvende boomstammen
veroorzaken dat ik het geheim van de rivier ben.

____

Zowel de gedichten van Henrik Nordbrandt in de bundel Droombruggen (2000) als de Nederlandse vertalingen van zijn werk op de site van Poetry International zijn vertaald door Gerard Rasch (1946-2004).

Delen