Rosenmöller heeft gelijk

Paul Rosenmöller, voorzitter van het Convenant Gezond Gewicht, oogst felle reacties op zijn plan in cao’s een bepaling op te nemen die eisen stelt aan de levensstijl van werknemers. Een aantal ervan is op deze plaats zelfs niet voor herhaling vatbaar, vanwege de scheldwoorden en andere krachttermen die erin gebruikt worden. Het zit ons hoog, zo veel is duidelijk.

Laat ik dan maar weer even degene zijn die het tegengestelde standpunt inneemt, maar ik vind dat Rosenmöller groot gelijk heeft. Werkgevers en werknemers hebben wederzijdse verplichtingen ten opzichte van elkaar. De werkgever heeft de verplichting om de werknemer een veilige werkomgeving te bieden waarin die de ruimte krijgt om zichzelf te ontplooien, en de verplichting om die werknemer daarvoor adequaat te belonen. En de werknemer heeft in ruil daarvoor de verplichting zijn werk naar beste kunnen uit te voeren, zich daarin te ontwikkelen en te zorgen dat hij beschikbaar blijft voor dit werk. Dit laatste is trouwens niet alleen een verantwoordelijkheid tegenover de werkgever, maar ook tegenover de maatschappij. Niemand wil dat de belastingen omhoog gaan, niemand wil dat de zorgkosten blijven stijgen, niemand wil dat de economische crisis lang blijft voortslepen. We willen allemaal een gezonde economie en die draait nu eenmaal het best op gezonde mensen.

Het plan van Rosenmöller doet een beroep op iedere Nederlander om zich als een verantwoordelijk en volwassen mens te gedragen. Dat dit stuit op onbegrip van mensen die zich niet geroepen voelen om ook maar één millimeter buiten de eigen belevingssfeer te denken, vind ik onverteerbaar.

Delen