Samenwerking

Het zat eraan te komen natuurlijk: de Nederlandse Zorgautoriteit zegt nee tegen Co-Med. Van de overname van twee huisartspraktijken in Bergen op Zoom kan geen sprake zijn. De NZa is er ‘niet van overtuigd’ dat dan na 1 januari 2024 voldoende huisartsenzorg beschikbaar is voor de patiënten van beide praktijken.

De ‘maatschappelijke onrust’ die de NZa als risico benoemt als Co-med er niet in slaagt voldoende huisartsenzorg te bieden, hebben we dit jaar al meerdere keren gezien na overnamen door dit bedrijf. Het is dus begrijpelijk dat de autoriteit nu hard op de rem trapt.

Terecht benoemt de NZa hierbij de zorgplicht van de zorgverzekeraars. Zij moeten zorgen dat patiënten kunnen blijven rekenen op huisartsenzorg. Merk hierbij wel op dat de woorden ‘(primair) fysieke’ of ‘(primair) digitale’ ontbreken.

“De verplichting die de NZa beschrijft, dwingt de praktijkhoudende huisartsen en zorgverzekeraars tot samenwerking”

Op social medium X maakte een enkele huisarts zich boos over de laatste zin in het Skipr-bericht, namelijk over de verantwoordelijkheid die praktijkhoudende huisartsen ook hebben bij het bemiddelen van patiënten naar een andere huisarts wanneer dat nodig is. Toch is hun rol hierin natuurlijk evident.

Zorgverzekeraars kunnen immers niet zonder hen beslissen dat patiënten bij een bepaalde praktijk moeten worden ingeschreven. De verplichting die de NZa beschrijft, dwingt de praktijkhoudende huisartsen en zorgverzekeraars dus tot samenwerking. Als beide partijen zich daarin constructief opstellen, is dat alleen maar waardevol.

Delen