Sonde
Tien patiëntjes hebben we liggen op de kinderafdeling. De jongste is twee maanden, de oudste vijftien jaar. Met zo’n wijde spreiding in leeftijd zou je ook een grote diversiteit aan problemen verwachten, maar dat valt dan weer tegen. Och ja, de onderliggende ziektebeelden verschillen. Maar elke ziekte uit zich bij kinderen op hetzelfde gebied: de voeding. Je zou je bijna afvragen hoe het mogelijk is dat ze überhaupt opgroeien. Zodra er iets mis is met hun gezondheid, stoppen ze met eten.
Kinderartsen zijn gelukkig niet voor één gat te vangen. Met sondes zorgen ze er in noodgevallen voor dat hun patiëntjes toch de broodnodige bouwstoffen binnenkrijgen. Tien patiëntjes, tien sondes. Onze visites bestaan dan ook grotendeels uit het berekenen van energiebehoeftes, calorieën en voedingsmomenten.
Zo hebben we een stel verkouden baby’s. Verstopte neusjes en de fles, zo leer ik, gaan niet goed samen. Met melk via de sonde en liters xylomethazoline slepen we ze door de ergste snotterperiode heen.
Bij de oudere kinderen is dat minder simpel. Hun problemen zijn van meer chronische aard. Een mentaal geretardeerde jongen die elke voeding weigert, behalve pap en ingedikte limonade. Een meisje met een progressieve spierziekte, die zich vaak bij het eten verslikt en daardoor aspiratiepneumonieën oploopt. Een maagsonde helpt hen misschien voor de korte termijn, maar dan moet toch naar een definitievere oplossing gezocht worden.
Datzelfde geldt voor de spugende zuigelingen, die op één zaaltje liggen en hun moeders tezamen tot wanhoop drijven.
En dan is er nog ons patiëntje van vijf maanden, bij wie we – ondanks uitgebreid onderzoek – geen enkele afwijking kunnen vaststellen, maar dat desondanks zijn flessen blijft weigeren. Gaat het bij hem om een interactieprobleem met moeder, zoals we nu vermoeden? Of is er toch een onderliggende oorzaak?
Op de volwassenen-afdelingen dacht ik zelden aan voeding. We riepen hooguit eens de diëtist in consult als een patiënt wat matig at. Daarna hielden we ons liever niet meer met eten bezig tot het lunchpauze was en we zelf aan de maaltijd konden.
Op de kinderafdeling maakt voeding deel uit van ziekte en behandeling. Logisch natuurlijk, aangezien kinderen hun voeding nodig hebben om te groeien. Toch vraag ik me af of ik eerder, op die volwassenen-afdelingen, niet iets over het hoofd heb gezien. Elke patiënt heeft toch voeding nodig om beter te worden? Misschien is het rekenen aan energiebehoeftes helemaal niet zo exclusief voor de kinderafdeling.
Zonde eigenlijk dat ik dat nu pas zie.