Syriër in Hollandse flipperkast

Nourhan heeft alles in zich om net als zijn – in Syrië gebleven – moeder een goede dokter te worden. Beter dan menig arts heeft hij al op jonge leeftijd leren observeren. Wanneer zijn blik door iemand of iets wordt getroffen, oogt Nourhan alsof hij mediteert maar koortsachtig registreert en verwerkt zijn brein alle indrukken. Het is opmerkelijk hoeveel hij ontdekt in wat anderen bij een vluchtige beschouwing volledig ontgaat.

Ondanks alle ontberingen op zijn barre tocht naar Nederland helpt Nourhan mensen die het nog zwaarder hebben dan hij, zoals een invalide man die eveneens het oorlogsgeweld is ontvlucht. Ook in ons land, waar hij nu bijna twee jaar woont, wordt Nourhan geprezen om zijn sociale betrokkenheid. Hij beschikt over een goed stel hersens en draagt zijn hart op de juiste plaats. Met Nourhan als dokter is niet alleen menige patiënt maar ook dit minuscule stukje van de wereld beter af.

Kunst en geneeskunst liggen minder ver van elkaar dan vaak wordt gedacht. Nourhan koos in Damascus voor de kunstacademie. Het menselijk lichaam dat ik als medisch student op de snijtafel moest ontleden, leerde hij voortreffelijk tekenen. Leonardo da Vinci deed beide; het zou voor artsen én kunstenaars vanzelfsprekend moeten zijn om zijn voorbeeld te volgen, want het gaat immers om de buiten- en binnenkant van dezelfde mens.

Ik beschouw Nourhan als een verrijking van onze samenleving en toch dreigt deze 24-jarige jongen met zijn krachtige persoonlijkheid, integere en zachtmoedige karakter, en al zijn talenten te stranden. De kunstacademie hier bleek een brug te ver. Hoe moet een vluchteling die leeft in de tweede versnelling wennen aan een leven in de vijfde versnelling? “Waarom staan hier de bomen links en rechts van de straat precies vijftig meter van elkaar?” En zo zijn er nog duizend vragen die bij ons nooit zouden opkomen.

Hoe moet een vluchteling die leeft in de tweede versnelling wennen aan een leven in de vijfde versnelling?

Door de ogen van Nourhan moet Nederland lijken op een flipperkast, waarin hij als Syriër terecht is gekomen. Voortdurend botst hij tegen wetjes en regeltjes terwijl onbekenden op een onvoorspelbare manier het apparaat bedienen. Het leven heeft hem gehard, hij kan tegen een stootje, maar dan gebeurt er iets wat hem nooit eerder is overkomen: hij wordt wakker met een barstende pijn in het achterhoofd waarbij het lijkt of zijn armen en benen zijn verlamd en zijn hersens zijn uitgeschakeld. Nourhan vreest dat er iets stagneert in de bloedvoorziening.

Hoe moet Nourhan in ons Nederland overleven? Alles staat op de tocht: zijn studiefinanciering, zijn woonplek en wanneer het verder bergafwaarts gaat zelfs zijn verblijfsvergunning. Een bekwame medewerkster van Vluchtelingenhulp houdt er op een lovenswaardige wijze de moed in. Nu scenario 1 op een fiasco is uitgelopen, wordt uitgeweken naar scenario 2 maar voor de zekerheid wordt nu ook al scenario 3 in stelling gezet.

Na een etmaal is Nourhan weer op de been. Over een paar dagen heeft hij een gesprek met een ambtenaar van de gemeente die over zijn toekomst moet beslissen. Maar welke toekomst? In elk geval niet een als kunstenaar; die droom is in duigen gevallen. Nourhan laat zich niet kisten. Hij is niet alleen heel creatief maar ook heel sportief en werkt graag met zijn lichaam. Zou fysiotherapie wat voor hem zijn? Alleen al de gedachte geeft hem hoop. Hij fleurt op wanneer ik er met hem over spreek. Heel voorzichtig vraagt Nourhan mij hoe in Nederland de opleiding tot arts is geregeld.

Delen