Tot de dood ons scheidt
Ik kom voor behandeling bij mensen aan huis wanneer ze niet mobiel zijn of medisch niet in staat naar de praktijk te komen. Dit kan zijn bij premature kindjes met slikproblemen, maar ook bij volwassenen, ouderen die ernstige problemen hebben met communiceren of eten en drinken. Ik mag dan letterlijk een kijkje nemen in de keuken van die gezinnen en maak mee hoe liefdevol er vaak met elkaar wordt omgegaan.
Het er voor elkaar zijn in ziekte en gezondheid stelt mensen soms zwaar op de proef. Denk aan het leren weer met elkaar te communiceren, het aanpassen van het eten en accepteren van een beperkter sociaal leven. Het hebben van een partner die in sommige opzichten veranderd is, wil niet zeggen dat de liefde is verminderd. Wel zijn er vaak meer zorgen en speelt vermoeidheid, zeker bij onrustige nachten, een rol.
Het vragen van hulp aan de partner gebeurt op verschillende manieren. Vaak voelt men zich tot last, soms lijkt het weleens op commanderen. In welke vorm dan ook, er wordt rekening gehouden met elkaar en geprobeerd de waarde van de ander te bewaren, zoals eens aan elkaar beloofd.
Indien ik bij iemand kom die alleen woont, moet er veel afgestemd worden met de huisarts, wijkzorg, eventuele kinderen en soms buren. Dat de zorg bij het dichtstbijzijnde kind soms te veel wordt, is begrijpelijk. De gezinnen van nu met kinderen ver weg en vele gemengde en gebroken gezinnen, maken dat het voor ons als zorgverlener complexer is om de behandeling af te stemmen. We communiceren dan via e-mail, communicatieschrift of telefoon.
Bij de behandeling van kinderen waarvan de ouders gescheiden zijn, merken we soms dat er geen goede verstandhouding meer tussen de ouders is. Het afstemmen van de behandeling levert dan vaak problemen op. Elke ouder heeft zo zijn eigen verhaal en we worden daarin meegetrokken. We horen vaak dat er bij de ex-partner niet geoefend is of dat de afspraak niet goed was doorgegeven. Lastiger wordt het wanneer expliciet toestemming voor behandeling, of de inhoud van verslagen aan beide ouders uitdrukkelijk moet worden nagevraagd. Recentelijk behandelde het College van Toezicht een klacht omdat een ouder aangaf geen goedkeuring te hebben gegeven.
Veelal zien we echter betrokken ouders, bij elkaar wonend of niet. Ik ontmoet door mijn werk ook vaak echtparen die al meer dan 50 jaren voor elkaar zorgen. Mooi om te zien dat ze dit doen, vol overgave, tot de dood hen scheidt.