Voorbij de retoriek
Voor de zekerheid even Van Dale uit de kast gepakt om het op te zoeken, maar ‘bezuinigen’ en ‘investeren’ zijn toch echt geen synoniemen. Door deze twee termen wel als zodanig te beschouwen, maakten oppositiepartijen GroenLinks en PvdA een serieus Kamerdebat over dit onderwerp feitelijk bij voorbaat onmogelijk.
Als de partijen in het debat ‘bezuinigen’ hadden geïnterpreteerd als ‘minder groei’ of ‘minder meer’ had dit een interessanter debat kunnen opleveren. Wie in de financiële paragraaf van het coalitieakkoord kijkt naar de uitgaven voor de zorg, ziet dat die voorlopig alleen maar blijven stijgen. Het doel van het voorgenomen beleid is die groei op de langere termijn af te remmen. Dat is toch echt een ander verhaal.
‘Van grote betekenis is het besef dat breder moet worden gekeken naar gezondheid’
Het is bovendien geen verhaal dat in het coalitieakkoord op zichzelf staat. Van grote betekenis is het besef van de vier coalitiepartijen dat breder moet worden gekeken naar gezondheid. ‘Onderwijs, sport, huisvesting, bestaanszekerheid en leefomgeving dragen allemaal bij’, lezen we. Dat is een belangrijke zin, want die getuigt van het feit dat de partijen erkennen dat met het bevorderen van de gezondheid van mensen meer winst te boeken is door in te zetten op andere zaken dan gezondheidszorg. ‘We willen meer aandacht voor preventie en een gezonde levensstijl van jongs af aan’, versterkt deze boodschap.
Wie voorbij de oppositieretoriek naar de inhoud kijkt, ziet in het coalitieakkoord een zorgparagraaf die hout snijdt.