IZA vraagt om horizontaal en verticaal vertrouwen

Dat het Integraal Zorg Akkoord een document is waaruit ambitie spreekt, is duidelijk. Dat de grondslag van de totstandkoming een gedeeld gevoel van urgentie kent, is klip en klaar. Dat het proces om met zoveel partijen tot een gezamenlijk gedragen document te komen prijzenswaardig is, zal niemand ontkennen. Dus mogen we trots zijn op het IZA en is een compliment aan alle partijen op zijn plek.

Maar de inkt is nog niet droog of de eerste kritische commentaren verschijnen: utopie, papieren werkelijkheid, en nog (te) weinig garantie op een adequate uitvoering van de geschetste plannen. Er is op zijn minst een gevoel van argwaan in een goede uitvoering van de plannen die staan beschreven in het IZA. Naar onze mening een gebrek aan vertrouwen in een goede uitvoering.

‘Wie vertrouwt wie niet?’

Maar hoe zit dat nu met dat vertrouwen? Wie vertrouwt wie niet? Op de werkvloer wordt vaak geventileerd dat de bestuurlijke gremia niet weten hoe het er echt aan toegaat in de praktijk, tegen welke problemen men daadwerkelijk aanloopt in de dagelijkse gang van zaken. Er wordt een gebrek aan begrip ervaren voor de dilemma’s die zorgverleners dagelijks – vaak onder grote druk – moeten oplossen.  Voor veel ideeën en oplossingen die worden bedacht aan de bestuurlijke tafels is te weinig draagvlak op de werkvloer: we durven hier te spreken van een ‘verticaal wantrouwen’ van beneden naar boven.

Maar ook vice versa ervaren bestuurders gebrek aan een op de werkvloer doorvoelde urgentie om zaken te moeten en willen veranderen. Daarbij geven zij aan dat veel zorgverleners in het veld het IZA niet kennen, laat staan enig besef hebben van wat het voor hun dagelijkse bezigheden gaat betekenen. Bestuurders klagen over de rigiditeit in het dagelijks handelen en het gebrek aan de wil om te veranderen van de zorgprofessional. De andere zijde van de medaille die hierboven beschreven is: gebrek aan verticaal vertrouwen, maar dan van boven naar beneden.

En daarnaast horen we aan de bestuurlijke tafels nog te vaak dat de verschillende kolommen in de zorg niet in staat zijn over hun eigen grenzen heen te kijken en datgene te doen wat werkelijk oplossingen biedt voor de grote transities die nodig zijn. Dat ‘leiderschap getoond moet worden’ en dat men verwacht dat ‘over eigen organisatiebelangen heen wordt gekeken’ ten gunste van het hogere doel. Laten we dit dan een gebrek aan ‘horizontaal vertrouwen’ noemen.

‘Geen overmatige controledrift, geen afvinklijstjes, geen absurde toestemmingsformulieren’

Dat gebrek aan vertrouwen in alle richtingen houdt de zaak natuurlijk gevangen en op slot. Waar zit de oplossing? Laten we eerst vaststellen dat partijen het met elkaar moeten doen: beleidsmakers/beslissers en uitvoerders. Vervolgens is een basaal vertrouwen in mensen nodig onder het motto dat de meeste mensen deugen. We zijn ervan overtuigd dat datzelfde motto geldt voor zowel zorgprofessionals , zorgbestuurders als beleidsmakers in de zorg. Maar dan komt het aan op drie belangrijke uitgangspunten zoals men die in de moderne krijgsmachten ook hanteert.

Je mag van de leiders in zorg verwachten dat zij in staat zijn te duiden wat nodig is. Uiteraard na grondige analyse van de werkelijkheid en betrokkenheid van zorgprofessionals, met alle uitdagingen die daarbij horen. Je mag van hen verwachten dat ze afstemming zoeken met andere sectoren buiten hun eigen organisaties en draagvlak en begrip kunnen creëren bij hun eigen achterban. Zij zullen moeten (blijven) uitleggen waarom zaken gedaan moeten worden en welk doel ze hiermee willen bereiken. Maar dan moet men het aan ‘de uitvoerders’ laten hoe ze de vastgestelde doelen gaan bereiken.

‘Niet iedereen kan (en wil) op de bok zitten. Maar we hebben de regisseurs en leiders die we in dit mooie land hebben aangesteld hard nodig om keuzes te maken die vaak boven persoonlijke belangen uitgaan’

Dit moet met vertrouwen gebeuren ‘van boven naar beneden’. Geen overmatige controledrift, geen afvinklijstjes, geen absurde toestemmingsformulieren etc. Heb vertrouwen in de vakbekwaamheid van de zorgprofessional. Hun bevlogenheid en professioneel handelen in de zorgverlener-patiënt-relatie leidt nagenoeg altijd tot het optimale resultaat.

En vice versa, ‘van beneden naar boven’ mag je verwachten dat er wat meer vertrouwen is in voormannen en -vrouwen. Niet iedereen kan (en wil) op de bok zitten. Maar we hebben de regisseurs en leiders die we in dit mooie land hebben aangesteld hard nodig om keuzes te maken die vaak boven persoonlijke belangen uitgaan. Laten we ook vaststellen dat dat vertrouwen nodig is en dat je dat ook mag verwachten van de verschillende partijen. VvAA zal zich inzetten op plekken waar een duwtje in de richting van dat vertrouwen nodig is.

Delen