Zorgsparen
Het is de toon die de muziek maakt. En de gemeenteambtenaar die dat briefje schreef aan die oude man die om een traplift had gevraagd, zong bepaald hard en vals. De toonzetting: “U had kunnen voorzien dat het traplopen steeds moeilijker zou gaan worden en had hiermee rekening kunnen houden. Zo had u in een eerder stadium naar een gelijkvloerse woning kunnen verhuizen”, is bepaald onsympathiek.
Toch is een kanttekening op zijn plaats. “Je kunt er niet op rekenen ooit geen trappen te kunnen lopen”, was een van de reacties die ik op Twitter las op dit bericht. Dat is natuurlijk onzin. Je kunt wel degelijk verwachten dat dit moment een keer komt. Je verwacht ook dat je ooit doodgaat. Daarom sluit je een uitvaartverzekering af, om je nabestaanden niet met een forse rekening te laten zitten. Is het dan zo’n gekke gedachte om ook te anticiperen op naderende ouderdom en dus geld te reserveren voor voorzieningen die als gevolg daarvan nodig kunnen worden? Met andere woorden: om te zorgsparen?
Voor de meeste mensen die de vorige zin lezen, zal het niet de eerste keer zijn dat ze het woord zorgsparen tegenkomen. Het is menselijk om er nog even niet aan te willen denken. Maar daar staat tegenover dat het begrijpelijk is om een eigen verantwoordelijkheid te nemen bij het creëren van voorzieningen die de oude dag zo leefbaar mogelijk houden. De ambtenaar die dat briefje aan die oude man opstelde, moet beslist nog even op cursus. Maar de toon is gezet.
9 reacties
We kennen de mijnheer van de traplift niet. Over zijn situatie en de reden waarom hij niet eerder verhuisd is, kunnen we alleen maar gissen. Misschien waren er geen geschikte woningen voor hem in de gemeente, waarin hij woont. Misschien is hij zo gehecht aan zijn woning met zijn moestuintje en zijn kanariepietjes. Misschien had hij geen geld om een verhuizing en het opknappen van een nieuwe woning te betalen.
Hij had wellicht niet gedacht negentig te worden en hij had gehoopt te overlijden zonder dat verhuizing nodig was. Dan had hij zijn laatste dagen kunnen slijten in een omgeving die hem al twintig jaar bekend was, met de buren die een oogje in het zeil houden en de winkeliers die hem altijd zo vriendelijk helpen, omdat ze hem al zo lang kennen.
Je vergelijking met de uitvaartverzekering gaat niet op. Natuurlijk gaat iedereen dood en komt er voor iedereen een uitvaart. Dat we steeds ouder worden is een gegeven en dat ouderdom met gebreken komt ook, maar je kunt écht niet weten of dat gebrek traplopen bemoeilijkt of het lezen van de krant of het invullen van je papieren of het bedienen van de telefoon. Voor elk gebrek zijn andere hulpmiddelen beschikbaar. Voor een deel van de gebreken is verhuizen naar een gelijkvloerse woning helemaal geen oplossing.
Ik herken het uit mijn omgeving dat menssen lastige beslissingen steeds uitstellen, omdat ze er eigenlijk niet aan willen, tot er een moment komt waarop het echt niet anders kan en er een oplossing moet komen en wel direct.
Ik herken ook dat mensen hun eigen situatie anders beoordelen dan anderen dat doen en dat dat proces met de leeftijd anders verloopt.
Niet alleen de toon in dat briefje is onfatsoenlijk. Het briefje gaat slechts over vergoeding. Op Social Media wordt onterecht de indruk gewekt dat trapliften volledig vergoed worden als er een akkoord is, maar er bestaat een eigen bijdrage voor hulpmiddelen en die is afhankelijk van het inkomen. We weten niks over het inkomen en arbeidsverleden van deze mijnheer. De kans is reëel dat hij tientallen jaren gewerkt heeft en premies betaald heeft en Nederland heeft helpen opbouwen tot het land wat het vandaag is. Daar plukken wij allemaal de vruchten van.
Wat mij stoort is dat deze mijnheer aan zijn lot wordt overgelaten, want of er nu wel of geen traplift komt, er is een dringende situatie waarvoor oplossingen nodig zijn. Daarvoor moeten instanties hem assisteren omdat hij het zelf gewoon niet bedenken en organiseren kan. Wie wat betaalt, is een andere vraag.
In mijn persoonlijke situatie met mijn ouders heb ik de meeste hulp gekregen van mensen via Twitter. Daarna zijn we in contact gekomen met twee personen die ons geweldig geholpen hebben. Eén daarvan werd ons aangereikt via de zorgverzekering. Van het Steunpunt Mantelzorg, van het WMO-loket van de gemeente, van de wijkverpleegkundige hebben we nul komma nul hulp gekregen. De contacten met het WMO-loket waren zelfs uitermate frustrerend.
Mijn ouders hebben kinderen die goedgebekt zijn en hun weg in de zorg goed kunnen vinden. Als het ons al niet lukt om goede hulp te krijgen voor onze ouders, wie in Nederland lukt dat dan wel?
Ik ken Nederland als een rechtvaardig en zorgzaam land waar we opkomen voor de belangen van zwakkeren. Dat mensen een eigen verantwoordelijkheid hebben en ook zelf moeten bijdragen aan kosten, staat als een paal boven water, maar is de huidige situatie echt wat we willen? Dat de beschikbare middelen verdwijnen in de salarissen van werknemers in de bureaucratische molens zonder dat mensen er daadwerkelijk mee geholpen zijn?
Nee, deze mijnheer verdient beter. Mijn ouders verdienen beter. Jouw ouders verdienen beter. En wij, als we oud, ziek of gebrekkig zijn, verdienen ook beter.
Désirée Hairwassers
4 mei 2015 / 12:26Nog een punt. Je spreekt over Zorgsparen. Dat klinkt best aardig, maar momenteel is de rente op spaargeld onder de 1% gezakt en wordt spaargeld boven een drempelbedrag bovendien belast in box 3. Hier zal een goocheme verzekeraar vast op inspringen. We weten hoe dat in het verleden is gegaan met lijfrentepolissen. Daar werden enorme kosten voor berekend. Kortom, linksom of rechtsom ben je altijd dief van je eigen portemonnee.
Désirée Hairwassers
4 mei 2015 / 12:33Terzijde: een uitvaartverzekering is de domste verzekering ooit, omdat je je verzekert tegen een voorval met kans 1. Verzekeren doe je tegen gebeurtenissen die heel duur zijn en met een kleine kans.
marcel canoy
4 mei 2015 / 12:51Erg eens met het punt van Desirée dat meneer aan zijn lot wordt overgelaten en dat we van gemeenten anders mogen verwachten.
Ik vind het niet zo erg om van mensen te vragen rekening te gaan houden met zorgkosten op hogere leeftijd. Maar zorgkosten kunnen hoog zijn, relatief en/of absoluut, en het is tot heden geen usance geweest om er rekening mee te houden. Dus in dit soort gevallen ga je met zo iemand praten, je zoekt samen een praktische oplossing en je spreekt iets af over de kosten.
En gemeenten: het kan geen kwaad om beter te gaan communiceren over dit soort dingen.
Ivo Knotnerus
4 mei 2015 / 12:57Het is inderdaad geen usance geweest om een eigen verantwoordelijkheid (financieel of anderszins) van mensen te vragen bij toenemende kwetsbaarheid. We weten dat dit nu anders is en we mogen ervan uitgaan dat de nu ingeslagen weg onomkeerbaar is. De stelling dat mensen niet hoeven nadenken over hun eigen toekomst is daarmee onhoudbaar geworden, of we dat nu fijn vinden of niet. Een vast stramien over wat dan wél van mensen mag worden verwacht, ontbreekt echter nog. De gemeente in het voorbeeld van de man met de traplift heeft dit stramien op erg onbeholpen wijze trachten te forceren. Het kan en moet beter, maar de discussie erover gaat echt niet weg door te zeggen “Wij verdienen beter”.
Frank van Wijck
4 mei 2015 / 16:04Dat is een beetje flauw, Frank. Ik ben namelijk héél duidelijk over de oplossingsrichting en dat is dat gemeenten/instanties mensen concreet helpen met de situatie waarin ze zitten. Dat mensen oplossingen deels zelf moeten betalen, daar heb ik geen probleem mee, als ze daarvoor de mogelijkheden hebben en in het verleden de mogelijkheden hebben gehad reserves op te bouwen.
Ik heb er problemen mee dat mensen zo ongelooflijk in de steek gelaten worden door betaalde werknemers die zich verschuilen achter ‘de regels’. Het is nooit zo geweest dat mensen ‘niet na hoefden te denken over hun eigen toekomst’ en dat zal ook nooit zo zijn.
Désirée Hairwassers
4 mei 2015 / 16:21Het is niet flauw bedoeld Dees. Wat ik bedoel te zeggen, is dat we uit een samenleving komen waarin de overheid van de wieg tot het graf voor ons zorgde, de ons allen bekende Postbus 51-samenleving. Nu worden veel meer verantwoordelijkheden naar de burger verlegd. Er is een verschuiving van een recht op zorg naar een aanspraak. Natuurlijk is het niet de bedoeling dat mensen hierbij in de staak gelaten worden, zoals je stelt. Vanochtend reageerde Ivo Knotnerus op Twitter met de boodschap dat er iets van een overgangsregeling zou moeten komen. In zijn commentaar hierboven voegt hij hieraan toe dat communicatie vanuit gemeenten ook geen kwaad kan. Daarbij sluit ik mij volledig aan.
Frank van Wijck
4 mei 2015 / 16:35We zijn het grotendeels eens. Deze mijnheer van 90 (hij was 20 in 1945) heeft de tijd nog meegemaakt dat er helemaal niets geregeld was vanuit de overheid. Hij heeft de opkomst van de ‘verzorgingsstaat’ meegemaakt en maakt nu ook de afbraak daarvan mee.
Als je wilt dat mensen anticiperen, moet je ze tijdig informeren en zorgen dat anticiperen niet afgestraft wordt. Belasten van spaargeld in box 3 helpt niet. Toeslagen inkomens- en vermogen afhankelijk maken zodat mensen er niet voor in aanmerking komen als ze een spaarpot hebben, helpt ook niet.
Proactieve, deskundige, empathische medewerkers bij het loket WMO, die méér doen dan ‘subsidie-aanvragen’ zo lang mogelijk rekken en zo min mogelijk toekennen, maar die mensen concreet helpen met hun vragen en problemen, daar zou iedereen bij gebaat zijn en ik ben er niet van overtuigd dat dat persé duurder is.
Désirée Hairwassers
4 mei 2015 / 18:12Schrijver maakt een denkfout met de bewering: “Wat ik bedoel te zeggen, is dat we uit een samenleving komen waarin de overheid van de wieg tot het graf voor ons zorgde, de ons allen bekende Postbus 51-samenleving.” Het was niet de overheid die van de wieg tot het graf voor ons zorgde. Het was de werkende bevolking die door hard te werken een maatschappij creëerde die hen verzekerde van een verzorgde oude dag. Helaas is deze productiemaatschappij verworden tot een managementmaatschappij. En management is een kostenpost en voegt geen waarde toe. De werkelijk toegevoegde waarde wordt gerealiseerd door te produceren. De door de na-oorlogse generatie opgebouwde verzorgingsstaat is niet meer in stand te houden omdat er meer opvreters (managers) dan producerenden zijn. Het jammere is dat juist zij die zorgden voor toegevoegde waarde het eerst de dupe worden.
G. Booij
4 mei 2015 / 19:37