Eigenzinnige stoelen

design / najaarstentoonstelling in Centraal Museum Utrecht

Waarom worden sommige stoelen designklassiekers die over de hele wereld worden bemind, terwijl andere stoelen gedoemd zijn tot een anoniem bestaan, zoals de wacht­kamerstoel? De expositie Stoel neemt Stelling in het Centraal Museum zoekt naar het antwoord. Met smaak heeft het in elk geval niets te maken. Een stoel moet de tijdgeest verbeelden.

Eigenlijk is het niet eens zo’n heel bijzondere stoel. Vier plankjes die aan schuin elkaar zijn geschroefd. Zelfs de naam is recht-toe-recht-aan: Zigzagstoel. Gewoon een beschrijving van de vorm van de stoel. Toch is het een van de meest bekende stoelen ooit. Toen Gerrit Rietveld de stoel in 1932 ontwierp, streefde hij naar een industrieel product dat geschikt was voor massaproductie. Vandaar die eenvoudige constructie en een minimum aan materiaalgebruik – laten we niet vergeten dat het toen ook crisis was. De vorm was bovendien ‘ultramodern’, zoals een criticus het destijds omschreef. Een stoel zonder poten, dat was in die tijd ongekend. Nu kijken we er niet meer van op.

De stoel is inmiddels veel meer dan een zitmeubel. Het kan een protest zijn tegen massaconsumptie en milieuvervuiling. Maar ook een vehikel voor emancipatie van de arbeider of juist een kunstzinnig pronkstuk, niet bedoeld om op te zitten maar om naar te kijken.

Al deze verschillende betekenissen van stoelen komen aan bod tijdens de grote najaarstentoonstelling Stoel Neemt Stelling in het Centraal Museum in Utrecht. Hier zijn meer dan honderd stoelen te zien die verrassen vanwege hun vooruitstrevende vormen, het gebruik van expressieve materialen of om hun sociaal-maatschappelijke boodschap.

Beeld Centraal Museum Utrecht, Adriaan van Dam, Pictoright | Anna Aagaard Jensen, A Basic Instinct, 2018, Collectie Centraal Museum, Utrecht

Hollywoodfilms

Zien we al die betekenisvolle stoelen van de afgelopen eeuw op een rij, dan tekent zich vanzelf ook een ontwikkeling af van innovatieve materialen en technie­ken. In 1944 kreeg de Amerikaanse meubel­fabrikant Emeco van de Amerikaanse marine de opdracht een licht­gewicht stoel te fabriceren. De stoel werd in een mal gegoten van aluminium, dat zowel licht van gewicht als sterk is. De Navy Chair werd daarmee de eerste stoel die volledig uit één materiaal bestaat.Bij het grote publiek werd hij bekend omdat hij in Hollywoodfilms steevast wordt gebruikt in ondervragingsscenes. Sommige stoelen kennen we zonder dat we ze ooit in het echt hebben gezien; zonder dat we erop hebben gezeten. Ze zijn onderdeel van de populaire cultuur als stijlicoon.

Onvermijdelijk is uiteraard de vraag: wat was dan de eerste designstoel? Dat is de Thonet nr. 14 uit 1859, beter bekend als het Weense caféstoeltje. Dit was de eerste stoel die zó was ontworpen dat deze seriematig kon worden gemaakt. Volgens een nieuwe techniek werden lange, dunne houtlatten in kokende lijm gedompeld en vervolgens in ronde mallen aan elkaar geperst. Voor de productie ervan werd een speciale fabriek gebouwd; het hout kwam van bos dat op eigen grond stond. Het sierlijke gebogen frame bestond uit slechts acht zulke latten die met tien schroeven en twee leertjes werden bevestigd. De stoel werd als een platte doos verkocht en aangeprezen in catalogi uit de eigen drukkerij. Let wel, dit gebeurde ruim een eeuw voordat Ikea de wereld zou gaan veroveren. De nr. 14 is nog steeds de meest verkochte stoel ooit; wel is hij enkele centimeters groter geworden, want de mens wordt immers steeds langer.

Verlengstuk van het lichaam

Wat maakt van alle meubels – kasten, lampen, sofa’s, noem maar op – nou juist de stoel zo geschikt om een groter verhaal te vertellen over kunsthistorische ontwikkelingen en maatschappelijke vooruitgang? Allereerst natuurlijk dat de stoel alomtegenwoordig is. Daarbij zijn er ook maar weinig meubels waarmee het fysieke contact zo direct is. De stoel is een verlengstuk van ons lichaam. Net als het bed trouwens, maar daar valt weer geen eer aan te behalen als ontwerper. De stoel daarentegen vormt juist een proeve van bekwaamheid voor ontwerpers. Het ontwerp moet duurzaam, sterk en comfortabel zijn, en er bovendien origineel uitzien.

Wachtkamers

Blijft natuurlijk de vraag waarom de ene stoel een bestseller wordt en de andere gedoemd is tot een anoniem bestaan. Neem de wachtkamerstoel. Ontelbaar veel moeten er staan in Nederland – telkens anders en toch altijd hetzelfde. Ze moeten prettig zitten maar ook weer niet té. Ze moeten herkenbaar zijn, bij voorkeur een beetje keurig, zodat ze uitnodigen om te gaan zitten. Maar ze mogen zich nooit opdringen, laat staan mensen die wachten ontregelen. De stoelen zijn bij uitstek middle of the road. En wie is daar nou in geïnteresseerd?

Het meest verguisd is de monobloc, die witte plastic tuinstoel die je overal ter wereld ziet, van de sloppenwijken in India tot de Copacabana in Rio de Janeiro. Deze stoel (met een productietijd van 50 seconden!) is het symbool geworden van zielloze massaconsumptie en milieuvervuiling. Wat natuurlijk een tegenreactie uitlokt.

Winactie

De redactie van Arts en Auto mag 2x een ticket voor een ‘Stel Centraal’-lezing met Jeroen Junte én een verrassingspakket uit de museumwinkel t.w.v. 50 euro verloten.

Meedoen? vvaa.nl/ledenvoordeel

Als een commentaar op zowel de lelijke en goedkope monobloc als het glimmende en peperdure Italiaanse design, maakte de Nederlandse designer Tejo Remy in 1992 een Voddenstoel. Feitelijk is het niet meer dan een stapel lompen die met een spanband bijeen zijn gebonden. Lekker zitten doet deze stoel evenmin. “Als ik elk exemplaar dat in een woonblad of een designblog heeft gestaan ook had verkocht, was ik nu miljonair”, verzuchtte Remy ooit.

Oftewel: een stoel hoeft geen bestseller te zijn om uit te groeien tot een iconisch ontwerp. Essentieel is het verbeelden van de tijdgeest. En dat hoeft niet met een prikkelend statement. Ook aan vorm, materiaal en productietechniek kun je soms zien van wanneer een stoel is.

In de wederopbouwjaren na de Tweede Wereldoorlog was er behoefte aan stoelen die eenvoudig, goedkoop en snel te maken waren. Friso Kramer ontwikkelde daarom een stapelbaar stoeltje met onverslijtbare poten van gevouwen plaatstaal in een U-vorm. Veel ziekenhuizen en schoollokalen stonden vol met deze Revolt stoel, die inmiddels al meer dan zeventig jaar in productie is – wat uitzonderlijk lang is voor een stoel. Zuinig in materiaalgebruik, makkelijk te maken, handig in gebruik want stapelbaar en – heel belangrijk – nuchter van vorm. Precies de eigenschappen waar Neder­land prat op gaat. Een gaaf tweedehands­exemplaar op Marktplaats kost tegenwoordig dan ook meer dan een nieuwe.

3D-printer

Soms vallen tijdgeest en maaktechniek samen. In 1969 ontwierp Verner Panton een stoel van plastic, het revolutionairemateriaal van de jaren zestig. Hij ge­bruikte daarvoor de nieuwe techniek van spuitgieten, waarbij vloeibaar plastic razendsnel onder hoge druk in een mal werd gespoten. Deze Panton Chair bestaat uit één stuk en heeft een sierlijke,golvende vorm – een psychedelische versie van Rietvelds Zigzagstoel zou je kunnen zeggen. Het waren de swinging sixties tenslotte.

Een staaltje moderne techniek is de Endless Chair, gemaakt van gerecycled plastic met 3D-printer door ontwerper Dirk van der Kooij. Deze stoelen uit één stuk ogen juist hoekig en grof, met dikke draden van plastic. Elke stoel is op dezelfde manier en van hetzelfde materiaal vervaardigd en toch is elk exemplaar door de kleine oneffenheden en kleurverschillen uniek. Anno 2023 is authenticiteit de trend.

Slechts één aspect van de stoel blijft opde expositie Stoel neemt Stelling onbelicht, namelijk schoonheid. Ja, er staan pronkstukken. De Bronze Age Chair van ontwerper Tjep is uitgegoten in één stuk glimmend brons: een stoel als een standbeeld. Sommige exemplaren zijn zelfs een kunstwerk geworden, zoals de fauteuil die door Christo is ingepakt. Toch wil niet iedereen die in de woonkamer. Een stoel moet immers maar net je smaak zijn. De Zigzagstoel werd geen massaproduct, maar voor de culturele elite een symbool van goede smaak. Misschien is dat wel wat al deze designklassiekers gemeen hebben: ze zijn eigenwijs.

Tentoonstelling ‘Stoel neemt Stelling’

23 september 2023 – 14 januari 2024 in het Centraal Museum in Utrecht

Delen