Favoriete pil: Alkibiades
Boris Kanen (Nijmegen, 1973) is internist-endocrinoloog in het Zaans Medisch Centrum in Zaandam. Zijn favoriete pil: Alkibiades van schrijver Ilja Leonard Pfeijffer.
“Alkibiades is een indrukwekkende, prachtig geschreven historische roman van maar liefst 900 pagina’s”, zegt de Amsterdamse endocrinoloog Boris Kanen. “Het boek mag zich dan afspelen in de oudheid, bijna 25 eeuwen geleden, maar de parallellen met de actualiteit zijn groot. Ilja Leonard Pfeijffer heeft het geschreven vanuit de urgentie om onze democratische verworvenheden te koesteren.”
‘Pfeijffer heeft het geschreven vanuit de urgentie om onze democratische verworvenheden te koesteren’
Pfeiffer beschrijft in zijn roman het avontuurlijke leven van de Griekse politicus en veldheer Alkibiades, de mooiste man van zijn tijd, die in zijn jonge jaren een leerling en minnaar van de beroemde filosoof Socrates was. “Hij is een fascinerende figuur, gewiekst en tragisch tegelijk, die alles zegt te doen voor de glorie van Athene. Je ziet de wereld als lezer door zijn ogen, met zijn rationalisaties, maar soms krijg je twijfels of het toch niet eigenbelang is dat hem drijft. Je belandt via hem ook in een soort mist, waarin morele grenzen vervagen.”
Alkibiades moet uiteindelijk vluchten naar aartsvijand Sparta, vlucht opnieuw, naar Perzië, keert terug naar Athene, waar hij nieuwe militaire successen beleeft, maar moet dan weer vluchten en wordt ten slotte vermoord in Klein-Azië.
Kanen: “Deze roman maakt inzichtelijk hoe mensen vanuit de beste bedoelingen, sluipenderwijs, kunnen bijdragen aan de ondergang van hun samenleving door zich te verliezen in populisme, met grensvervaging en -overschrijding tot gevolg.”
Voor Kanen houdt de wereld niet op buiten zijn spreekkamer. Hij is maatschappelijk zeer betrokken, wat bijvoorbeeld blijkt uit zijn initiatief om na de Russische oorlogsverklaring een organisatie op te zetten om Oekraïense ziekenhuizen van medicijnen en medische hulpmiddelen te voorzien. “Wij dokters zijn weliswaar vakidioten, maar dat betekent niet dat wij buiten de maatschappij staan”, zegt Kanen. “Die maatschappij komt bovendien elke dag voorbij omdat we patiënten met alle mogelijke achtergronden zien.”
Ook in covid-tijd drong de maatschappelijke polarisatie de spreekkamer binnen, heeft Kanen ervaren. “Sommige patiënten zagen ook zorgverleners als vertegenwoordigers van het kwaad. Ze bedoelen het vaak niet slecht, maar het is wel lastig patiënten nog te bereiken als ze in een bubbel gevangen zitten. Ik probeer met alle mogelijke patiënten in gesprek te blijven, me open te stellen voor hun verhaal, en mijn persoonlijk oordeel op te schorten. Dat is moeilijk in die blokjes van 10 minuten die we hebben. Mijn spreekuur loopt ook niet voor niets geregeld uit.”