Lekker slobberen

Arts en Auto-wijnschrijver Han Sjakes zette veertig wijnen tussen de twee en vier euro op de proeftafel. Zijn conclusie: de lekkerste zijn écht lekker.

Tekst: Han Sjakes | Beeld: Corbis

 

 

Goede wijn hoeft niet duur te zijn, wordt weleens gezegd. Maar wat is ‘goed’ en wat is ‘duur’? Zeg je: goedkope wijn is vaak niet zo lekker, dan heb je óók gelijk.

Van alle wijn die in Nederland wordt verkocht, heeft ongeveer 60 procent minder dan drie euro per fles (750 ml) gekost. Een oproep aan supermarkten om hun lekkerste slobberwijnen in te zenden voor de Arts en Auto ‘budgetwijntest’ geeft een aardig beeld van dit markt-segment. En dat beeld ziet er volgt uit: veel literflessen huismerkwijn nét onder de vier euro en veel wijn uit Chili, Zuid-Afrika, Languedoc (Vin de Pays d’Oc) en Spanje. Alleen landen en streken met grootschalige wijnbouw kunnen in deze prijsklasse produceren, terwijl lage loonkosten ook meewegen.

Een vriend van me slobbert mee. Frank is geen wijnkenner, hij is ervaringsdeskundige. Zijn favoriete wijn zit in een plastic zak van drie liter, verpakt in een vierkante kartonnen doos van maximaal een tientje. Als wijnschrijver ben ik gewend aan omschrijvingen als ‘krachtige aanzet’, ‘reductieve neus’ en ‘tannineuze afdronk’. Frank zegt: “Tierelantijnerig. Te veel ballen en violen.” Of: “Dit is een echte slobber, maar er gebeurt wel wat.”

Lees verder (pdf).

03S-2013p018-019

Delen