Mijn vak maakt het leven waard

interview / bevlogen veterinaire globetrotter

De Vlaamse dierenarts Tim Bouts was zoölogisch directeur bij de befaamde dierentuin Pairi Daiza in het Waalse Cambron-Casteau van 2013 tot 2022. Nu heeft hij zijn eigen zoo-consultancybedrijf. Binnenkort verschijnt zijn boek Dagboek van een dierenarts. Een gesprek met een bevlogen veterinaire globetrotter.

Vanwege een ‘diergeneeskundig noodgeval’ moet Bouts de start van het interview uitstellen. Het is hem ten voeten uit. Een druk baasje dat de hele wereld bereist. Soms moeilijk bereikbaar voor een mens, maar wel altijd paraat voor een dier. “Een pony met koliek”, legt hij later uit. Het is een huis-tuin-en-keukenkwaal voor een professional die al meer dan twintig jaar in iconische dierenparken werkt: van de London Zoo tot Pairi Daiza en tegenwoordig ook het pandapark van de sjeik van Qatar.

In zijn boek deelt hij bijzondere verhalen en voorvallen van zijn meest uiteenlopende patiënten. Van een leeuw met COVID en een nijlpaard met tuberculose tot een walrus met tandproblemen en een gorilla met spierpijn. Bijzondere anekdotes, net als zijn eerste succesvolle operatie op een sperwer of de opvang van een stel babypanda’s. Maar ook miskleunen worden in het boek vermeld, zoals de ontsnapping van twee chimpansees. Bouts was al jong verzot op dieren. Op vijfjarige leeftijd ging hij met zijn broer naar de boerderij in de buurt. “Dan gingen we de koeien melken of op de tractor rijden. Vanaf mijn achtste wilde ik dierenarts worden. Nee, geen boer. Ik was vooral geïnteresseerd in het zieke dier.”

Bouts studeerde diergeneeskunde aan de Universiteit van Gent, net als Utrecht in Nederland de enige universiteit in het land met diergeneeskunde. Inmiddels is hij 23 jaar afgestudeerd. Hoewel hij in zijn eigen praktijk alle soorten dieren behandelt, zijn de dieren van de dierentuin zijn grote liefde. “In London Zoo heb ik een aanvullende opleiding gevolgd en me gespecialiseerd tot wildlife veterinarian.

Wilde dieren trekken me het meest aan. Gewoon omdat het tot de verbeelding spreekt om een neushoorn of een olifant in slaap te brengen, zo’n machtig beest. Je komt er dan ook zo heel dichtbij.”

“Als dieren je niet moeten, dan bijten ze je, en als ze je leuk vinden, komen ze om aandacht vragen”

De liefde voor de olifant is, zoals Bouts zelf zegt, een rode draad in zijn leven. “Zo’n dier in slaap brengen is mijn expertise.” Hij vindt het vreselijk om een olifant te zien sterven. “Het dieptepunt uit mijn carrière was de dood van olifantenkalfjes als gevolg van een variant van het herpesvirus. Deze variant leidt binnen 24 tot 48 uur tot een zeer pijnlijke dood. Ja, dat was heel droevig.”

De landelijke tv ontdekte Bouts al heel snel. Niet alleen vanwege zijn expertise en bijzondere belevenissen, maar ook vanwege zijn vlotte babbel. Zo maakte hij negen seizoenen lang Expeditie Pairi Daiza, waarin zijn werk in deze Waalse dierentuin centraal stond. Maar het hoeft niet allemaal even spectaculair te zijn; ook zieke koeien, schapen en lammetjes behandelt hij. “Mijn vak is mijn ikigai”, zegt hij. “Dat is Japans voor datgene waar iemand elke dag zijn bed voor uitkomt en wat het waard maakt om voor te leven.”

Mensendokter zou hij nooit kunnen zijn. “Dieren zijn veel eerlijker dan mensen. Als ze je niet moeten, dan bijten ze je, en als ze je leuk vinden, dan komen ze aandacht vragen. Wij mensen vragen je aandacht en als je je vervolgens nietsvermoedend omdraait, kun je soms een mes tussen je ribben krijgen.” Toch heeft hij weleens mensen behandeld, bijvoorbeeld in Ivoorkust. “We kampeerden in de jungle en het dichtstbijzijnde dorp was op drie uur rijden. Op een avond viel een van de lokale personeelsleden zodanig dat er een stok door zijn scrotum stak.

Toen heb ik eerst die stok eruit gehaald en het scrotum gehecht. Ik zei tegen hem: ‘Geen zorgen, ik ben het gewend, maar het is wel de eerste keer dat ik de ballen heb laten zitten.’” Als het hoogtepunt van zijn carrière ziet hij het opnieuw uitzetten van de Spix’ ara. “Deze zeldzame papegaaiensoort is in het wild uitgestorven. Die leefde alleen nog maar in dierentuinen. Maar wij hebben een programma opgezet om de vogel weer in het wild uit te zetten.

“Je redt niet één soort. Je redt een hele diersoort”

Dat is zo mooi. Je redt niet één dier, je redt een hele diersoort. Ze hebben nu net twee jongen en de eerste staat op het punt het nest te verlaten.” Wat heeft zijn carrière hem allemaal gebracht? Zijn antwoord is kort en simpel: “Levensvreugde. Ik heb de hele wereld gezien, allerlei culturen, mensen en diersoorten leren kennen. Als ik het over moest doen, zou ik het allemaal weer precies zo doen.” Zijn werk doet hem vaak ook emotioneel iets. “We hadden in onze dierentuin een leeuw met COVID, die we kunstmatig hebben gevoed via een infuus. Want een beest dat niet meer kan ruiken en proeven, eet niet meer. Mensen weten dat ze moeten eten, maar leeuwen stoppen ermee. Daarom hebben we hem in slaap gebracht om vloeistof toe te dienen. Hij begon weer te eten, maar kreeg toen een secundaire nierinsufficiëntie.

Dus opnieuw aan het infuus en spoelen. Hij is toen ook hersteld. Het was een heel mooie casus. De PCR-test werd geleidelijk aan beter. Dan zie je zo’n dier opknappen. Ja, dat doet me emotioneel iets.”

Een dierenarts staat volgens Bouts dichter bij zijn patiënten dan een mensenarts die zijn patiënten slechts af en toe ziet. Merkt hij dan ook weleens dat de dieren hem dankbaar zijn? Lachend: “Nou, de leeuwen kennen mij alleen maar als de man met het geweer, het verdovingsgeweer. Dus als ik kom, komen zij naar het hekwerk gerend om me op te vreten. Maar soms lijkt het er toch op dat een dier dankbaar is. Zoals Mala, een olifant die ik heb behandeld. Die snapte dat. Die kwam naderhand naar me toe om me te bedanken en wilde me allerlei dingen geven, zoals blaadjes. Ja, dan denk ik: zouden ze het toch voelen en weten?”

Verloting

Dagboek van een dierenarts; Tim Bouts. Uitgeverij Lannoo. De redactie mag 3 exemplaren (t.w.v. € 22,99) verloten. Meeloten? Zie vvaa.nl/ledenvoordeel

Beeld via Lannoo



Delen