Toyota Yaris
Na zes jaar is de Yaris, Toyota’s bestverkochte model, toe aan een flinke facelift.
Tekst: Bart van den Acker | Beeld: Toyota
Er zijn liefst negenhonderd onderdelen speciaal ontwikkeld voor deze Yaris, terwijl het geen compleet nieuw model is. De gefacelifte versie is direct herkenbaar aan een ander front, maar ook de achterzijde is opgefrist. Het voert te ver om alle wijzigingen te noemen, maar zaken als schokdempers, uitlaat, isolatie, subframes en motorsteunen zijn allemaal aangepast met het oog op lagere geluidsproductie en meer comfort.
Prijs vanaf €14.495,- Bijtelling 22 procent
De Yaris is nu niet alleen weer up-to-date, maar loopt ook voorop als het gaat om actieve veiligheidssystemen. Voorlopig is het de enige in het B-segment met standaard op alle versies de functie automatisch remmen voor obstakels en voetgangers, automatisch grootlicht en rijstrookcorrectie, plus vanaf de Aspiration-uitvoering verkeersbordherkenning. Slim detail: de ruitensproeiers zitten óp de grote, enkelvoudige ruitenwisser en zijn daardoor heel effectief. Los van alle noviteiten had de Yaris al de nodige goede eigenschappen. Zo is het een van de ruimste auto’s in zijn klasse. Vier volwassenen passen er prima in; de bagageruimte is normaal voor deze klasse. De voorstoelen zijn wat kort, het dashboard mist wat fantasie en de centrale display is niet helemaal afleesbaar, maar hij ís er wel, met tal van functies.
Onder de motorkap vinden we naast de bestaande 1,0 liter driecilinder (51 kW/69 pk) een opgefriste versie van de naar verhouding opvallend populaire Hybrid (74 kW/100 pk), die nu langdurig elektrisch 50 km/u in stadsverkeer kan rijden. De belangrijkste motor is echter de compleet nieuwe 1,5 liter (82 kW/111 pk). Die vervangt de vroegere 1,3 liter: waar andere merken kiezen voor ‘downsizing’ gaat Toyota juist ‘up’. Als er van overheidswege eindelijk eens een systeem met realistische verbruikscijfers van kracht wordt, kan dit weleens een heel goede keuze blijken.
Een van de ruimste auto’s in zijn klasse
Ik reed deze 1,5, die is gekoppeld aan een ragfijn schakelende zesbak. Technisch is deze motor heel vernieuwend, met als resultaat dat hij stil en lekker soepel loopt. In uitsluitend stadsverkeer en op regionale wegen kwam ik al tot een keurig verbruik van 1 op 15,6. Met méér snelweg en gebruik van de cruise control zal het praktijkverbruik gauw dalen tot 1 op 17 à 18. Juist omdat de 1,5 al zo zuinig is, vraagt het héél veel kilometers om de op zich bescheiden meerprijs van de Hybrid (€ 900,- t.o.v. 1,5 Aut.) terug te verdienen.
Op de weg is de Yaris nog steeds een prima metgezel, maar ik vind het onderstel vrij stevig en de koppeling van de 1,5 nogal doods waardoor hij wat lastig te doseren is. Eén aspect mag niet onvermeld blijven. Kwalitatief staat Toyota al jaren aan de top en ook deze Yaris belooft een lange en zorgeloze levensduur.
Conclusie: met deze opfrisbeurt is de Yaris net even leuker en beter dan we ’m tot nu toe kenden. Ongetwijfeld zullen veel trouwe Yarisrijders tot een herhalingsaankoop overgaan.
