100 procent gezond
onvergetelijk / 'Mevrouw, ik ben rijker dan u'
Nog geregeld denkt fysiotherapeut Adriaan Stoltenkamp terug aan een patiënt uit zijn beginjaren.
Op mijn 24e begon ik vol enthousiasme mijn eigen fysiotherapiepraktijk. Uit reacties maakte ik op dat patiënten mij geregeld veel jonger schatten; ik werd vaak aangezien voor iemand van 18.
Op een dag kreeg ik een telefoontje van een adellijke dame die thuis behandeld wilde worden voor nekpijn. Toen ik bij haar imposante huis aankwam en aanbelde, opende zij de deur. “Ik ben Adriaan Stoltenkamp”, stelde ik mezelf voor. “U belde voor een afspraak.” Ze bekeek me van top tot teen, keek langs me heen en vroeg toen: “Is je vader ziek?” Ik antwoordde dat ik de fysiotherapeut was.
Toen ik eenmaal binnen was, wilde ze weten of ik erg vermogend was. “Mevrouw, ik ben rijker dan u”, gaf ik als antwoord. “Heeft u meer dan 30 miljoen?” vroeg ze verrast. “Mevrouw, ik ben 100 procent gezond, maar u niet.” “Meneer Stoltenberg, wat een fantastisch antwoord”, zei ze. De fysiotherapiebehandelingen leidden al snel tot het gewenste resultaat en werden stopgezet.
Ze bekeek me van top tot teen, keek langs me heen en vroeg toen: “Is je vader ziek?”
Vijf jaar later belde haar privéverpleegkundige me opnieuw voor behandelingen aan huis. Van het statige voorkomen van mijn adellijke patiënt was weinig over. Mevrouw bleek een vorm van alcoholisme te hebben ontwikkeld en zag er onverzorgd uit. Om meteen duidelijkheid te scheppen, vertelde ik haar dat er tijdens mijn bezoeken geen sprake kon zijn van alcoholgebruik. Bij de derde sessie was ze echter duidelijk aangeschoten. Ik herinnerde haar aan onze afspraak en liep in een opwelling naar haar drankvoorraad, pakte de flessen en goot ze leeg in de gootsteen. Op weg naar huis had ik spijt van mijn daad. Wat als ik die dure drank (whiskey, cognac, gin) moest vergoeden?
De volgende dag belde haar zoon met de mededeling dat hij me meteen persoonlijk wilde spreken. Enigszins nerveus begaf ik me naar de afspraak. Ik trof een keurige heer die me vroeg plaats te nemen in de bibliotheek.
“Mijnheer Stoltenkamp, ik heb gehoord wat u met mijn moeders drank heeft gedaan en ik sta daar volledig achter. Ze is helemaal de weg kwijt door zo veel te drinken.” Opgelucht keerde ik na ons gesprek terug naar de praktijk.
Van haar statige voorkomen was nog maar weinig over
Drie jaar later vroeg de huisarts me om mevrouw thuis te mobiliseren vanwege bedlegerigheid. Alle grandeur was verdwenen: onder de sprei lag een mager, verschrompeld lichaam. Zodra ze me zag, was het eerste wat ze zei: “Jij bent 100 procent gezond, maar ik niet.” Zoals de huisarts al had ingeschat, overleed ze enkele weken later.
Elke keer als een patiënt met klachten komt, denk ik terug aan dat ene moment: jij bent 100 procent gezond, maar ik niet.
Iedere (para)medisch professional heeft wel een patiënt of cliënt (gehad) die hij of zij nooit vergeet. Heeft u ook een ontroerend of grappig verhaal? Stuur het dan in 330 tot 500 woorden naar redactie@artsenauto.nl (o.v.v. Onvergetelijk).