Beroep onder de loep

Volgens orthopedisch chirurg Suzanne de Jong zijn het vaak sportieve en praktisch ingestelde mensen die voor dit vak kiezen.

Tekst: Andrea Linschoten | Beeld: Maarten Hartman/DB

 

 

Orthopedisch chirurg Suzanne de Jong (44) werkt vier dagen per week in het Centraal Militair Hospitaal (CMH) in Utrecht. Zowel haar werk als haar werkplek vindt ze boeiend: “We hebben hier een relatief jonge patiëntengroep, militairen, met veel sportletsels of overbelasting. Deze patiënten hebben een prima basisconditie en zijn gemotiveerd om snel te herstellen. Omdat ik in een relatief klein ziekenhuis werk, zijn de lijnen kort en kun je in overleg vaak dingen regelen. Dit werkt voor zowel patiënt als arts erg prettig.

De combinatie van het houden van een spreekuur, het opstellen van een behandelplan waarbij zowel conservatieve als operatieve mogelijkheden worden besproken, het verrichten van de eventuele operatieve behandelingen en de nazorg, maakt dit tot een heel leuke baan. Ook omdat ik veel contact heb met de patiënten.

Voor deze werkplek heb ik een verkorte officiersopleiding gedaan. Zo heb ik algemene militaire basisvaardigheden opgedaan, zoals marcheren, het houden van bivak en ik heb leren schieten. Wanneer we een verzoek krijgen om een arts te leveren voor uitzending, kijken we binnen het team wie er meewil en kan.

In totaal werken wij in het CMH met vier orthopeden. Vaak kiezen sportieve mensen voor orthopedie. Het zijn praktisch ingestelde mensen die van logisch nadenken houden en het leuk vinden om met hun handen te werken. Mijn favoriete operaties zijn de arthroscopische (door een kijkbuis) ingrepen, zoals een voorste kruisbandoperatie en een schouderstabilisatie.

Samenwerking vind ik heel belangrijk. In het team zelf en tijdens operaties, maar ook met andere disciplines zoals fysiotherapie en radiologie. Verder draaien we diensten met het UMC Utrecht en het Wilhelmina Kinderziekenhuis. Als we complexe problematiek tegenkomen, hebben
we de back-up van een groter team.

Voor studenten heb ik nog een advies: zorg dat je opvalt, in positieve zin. Zelf deed ik een co-schap in Australië en gaf ik les bij het Rode Kruis. Goede cijfers zijn leuk, maar het is belangrijker dat je naast je studie dingen doet die eruit springen.”

Delen