Mongolië te paard

Juul Kramer (19) reisde met de trein, de bus en te paard door Mongolië om het authentiek Mongoolse nomadenbestaan te beleven. Een nauwelijks te overtreffen ervaring.

Tekst: Juul Kramer

Ooit kreeg ik van een vriendin het boek De paardenjongen van Rupert Isaacson in handen gedrukt. Ik las het in één ruk uit en werd vooral geraakt door de setting. Het boek speelt zich af op de vlaktes van Mongolië, een van de laatste plekken op aarde waar meer dan de helft van de drie miljoen inwoners tellende bevolking als nomade leeft en waar de natuur nog ongerept is. De foto’s in het boek waren zo prachtig, ik was direct verliefd. Toen bleek dat mijn andere droomreis (de Trans Siberië Express) ook een variant had die door Mongolië reed, was het plan snel geboren: na mijn eindexamen met de trein naar Mongolië en daar te paard ontdekken hoe het is als nomade te leven.

Na een bijzondere reis van ruim vijf dagen in een Russische trein kwam ik aan in UB, zoals de Mongolen de hoofdstad Ulaanbaatar liefkozend noemen. Daar had ik een dag om bij te komen voordat ik vertrok naar een stadje in Centraal Mongolië waar mijn gids op mij wachtte. Hij zou me meenemen voor een trektocht te paard over de vlaktes naar de nomaden.

Geen voorgekauwd toertje

Internet staat vol met commerciële bedrijven die je naar comfortabele tenten (gers) met warm water en wifi brengen, maar ik wilde het échte nomadenbestaan beleven. Toevallig had de eigenaar van mijn guesthouse een vriend die weleens mensen meenam die geen zin hadden in een voorgekauwd toertje. Perfect dus. Dat de gids geen woord Engels sprak, nam ik voor lief. En wat ben ik daar blij om geweest. Mijn gids, tandeloos en in kobaltblauw gewaad, bleek een vriendelijke man die me naar de mooiste plekken in Mongolië bracht.

Het landschap was adembenemend; in Nederland kun je het je niet voorstellen, maar Mongolië is vooral leeg. Te paard legden we ongeveer 30 km per dag af. Over bergen en door valleien vol bloemen. De meeste mensen leven er in gers, traditionele witte tenten die ze elk seizoen verplaatsen. Als we zo’n ger tegenkwamen, stopten we er geregeld voor een pauze. De Mongoolse cultuur is ontzettend gastvrij. Kloppen op de deur wordt gezien als belediging – in plaats daarvan roep je Korong koi, wat ongeveer ‘hou de hond vast’ betekent – en als je binnenkomt, krijg je altijd zoute yakmelk-thee en wat te eten aangeboden. Omdat de nomaden leven van wat ze van het land krijgen, is hun menu (op zijn zachtst gezegd) heel bijzonder. Paardenbloedsoep, yoghurtwodka en schapenmaagnoedels waren geen uitzondering. Een sterke maag moet je wel hebben, want eten afslaan, wordt niet geaccepteerd.

Je moet wel een sterke maag hebben, want eten afslaan wordt niet geaccepteerd

Ondanks, of misschien juist door, de afwezigheid van andere mensen heb ik me nooit onveilig gevoeld tijdens de tocht. De Mongolen bij wie we verbleven, waren erg vriendelijk. Op de eerste dag werd ik midden op de dag zonder pardon door een dikke Mongoolse dame in een bed geduwd en ingestopt voor een dutje. Ze sprak geen Engels, maar het was duidelijk dat er niet over te twisten viel. Elke keer als we ’s avonds ergens niet-aanklopten voor een slaapplek, werden we met een grote lach verwelkomd. En dat terwijl de bewoners zelf, keer op keer, hun bed afstonden en op de grond sliepen. Een gast hebben (en al helemaal een westerse gast) is een grote eer en dat merk je. Betalen voor je slaapplek is verboden, in plaats daarvan wordt verwacht dat je helpt met het melken van de dieren en het bij elkaar drijven van het vee.

Tijdens de hele tocht was er geen internet, elektriciteit of stromend water. Toen ik na een paar dagen mijn gids (door woest op mijn oude Nokia – want geweldige batterij – te wijzen) duidelijk maakte dat ik op zoek was naar een plek met bereik, moest hij lachen. Tien minuten later stond hij voor de ger met mijn paard en een zelfgemaakte kaart. En daar ging ik met mijn paard, op zoek naar de heuvel waar ik kon bellen. Hoewel ik avontuurlijk ben ingesteld, was het best een verademing om terug te komen in UB, waar je je kunt uitleven in de vele ‘westerse’ eettentjes (Burgers western many!).

Bijzonder

In het vliegtuig op weg naar mijn volgende bestemming, schreef ik in mijn reisdagboek: ‘Ik weet niet of ik blij ben dat dit avontuur voorbij is of dat ik had gewild dat het langer zou duren. Wat ik wel weet, is dat deze ervaring zo bijzonder is, dat die niet zomaar te overtreffen is.’ Want als Mongolië iets is, dan is het dat wel: bijzonder.

Praktisch

  • Vliegen naar Ulaanbaatar is vrij duur (circa € 1000,- retour). Voor de avontuurlijke reiziger is de Transmongolië Express (vanaf € 450,- enkele reis) een alternatief, tiaratours.nl
  • Beste budget slaapplekken in Mongolië: Fairfield Guesthouse in Tsetserleg en Golden Gobi Hostel in Ulaanbaatar.
  • Mongolië is prima alleen te bereizen, wel wordt aangeraden in Ulaanbaatar ’s nachts in je hostel/hotel te blijven.
  • Mongolië is erg goedkoop. Een maaltijd inclusief drankje in een restaurant heb je al voor € 4,-.
  • Mijn trektocht kostte € 60,- per dag (alles inclusief).

 

Delen