Seat Leon Sportstourer

De Leon is de Spaanse versie van een Volkswagen Golf. De techniek is identiek, de stijl heel anders.

Tekst: Bart van den Acker | Beeld: Seat

Het is mooi dat Seat een heel eigen vormtaal heeft, die ook hier terugkomt. Smaak is natuurlijk subjectief, maar deze Leon heeft scherpe, rake lijnen, zonder overbodige randjes en hoekjes. Dat maakt hem sierlijk, smaakvol en vooral anders dan veel hedendaagse auto’s. Ik reed de stationcar Sportstourer, die een beetje langer is en daardoor nóg strakker oogt. 

Prijs vanaf € 25.695,- Bijtelling 22 procent

Het interieur is heerlijk ruim. Vier volwassenen van normaal postuur kunnen er uitstekend in zitten. Opmerkelijk: de wielbasis (voor-/achteras) is ruim zes centimeter langer dan bij de Golf, wat de extra ruimte verklaart. 

De Seat is ook veel rijker uitgerust dan die concerngenoot. De bagageruimte in de Sportstourer heeft een minimale inhoud van maar liefst 620 liter, een in twee hoogtes te plaatsen vloer, een 230 Volt stopcontact (!) en rugleuningdelen die zijn om te klappen als ik achter de auto sta. 

Het interieur is heerlijk ruim. Vier volwassenen van normaal postuur kunnen er uitstekend in zitten

Het interieur is keurig afgewerkt, met een volledig digitaal instrumentarium met keuze uit vier verschillende indelingen. Dwars over het dashboard en een stukje over de deuren loopt een rood lijntje led-lampjes. Fraai én functioneel, want hierin lichten oranje led-jes op als er een auto in de dode hoek rijdt. Heel veel functies zitten in

het centrale touchscreendisplay. Ook hier helaas dezelfde ergonomische misser als in de Golf: tiptoetsen voor andere functies zitten er nét onder, zodat de kans op ‘misgrijpen’ groot is. De navigatie werkt omslachtig. 

Ik reed een sportieve FR-uitvoering, met erg fijne sportstoelen, maar wie lichamelijk wat minder flexibel is, of een breed postuur heeft, stapt niet makkelijk in of uit. 

De genoemde FR-uitvoering is knap stug geveerd, maar hij stuurt fijn en op snelheid hoor ik alleen nog wat bandengeruis. De testauto was voorzien van de 1,5 eTS benzinemotor (110 kW/150 pk) met een mild-hybridsysteem en zeventraps DSG-automaat. Dat is de topmotorisering; het enige benzine-alternatief is een 1,0 driecilinder met 66 kW/90 pk. Deze motor werkt prima, maar een praktijkverbruik (veel 100 km/u op cruisecontrol) van 1 op 17 vind ik voor een mild hybrid een tegenvaller. De automaat kent een ‘D’- en een ‘S(port)’-stand. Bij het wegrijden blijk ik soms onbedoeld de S te kiezen, waarna ik een waarschuwing krijg dat de ‘D’ zuiniger is.

De vele elektronische hulpmiddelen kúnnen autorijden aangenamer en veiliger maken, maar de Leon slaat de plank vaak mis. Toppunt: ik rijd 100 km/u op cruise- control en met navigatie op de kaarsrechte A1. Plotseling remt de Leon automatisch en op het dashboard verschijnt de waarschuwing ‘BOCHT!’ Een blamage!

Conclusie: de Leon biedt meer voor zijn prijs dan de populaire concerngenoot Golf. Het is een prima auto, maar kies een eenvoudige versie, zonder alle slecht functionerende fratsen.

Delen