Toyota Aygo X
Terwijl in de kleinste klasse het aanbod ‘nieuw’ steeds verder afneemt, komt Toyota met de Aygo X.
Tekst: Bart van den Acker | Beeld: Toyota
De Toyota Aygo X (spreek uit: cross) – een nieuwkomer in het gestaag krimpende aanbod compacte auto’s – is iets langer, breder en hoger dan de zeer succesvolle eerdere Aygo. Toyota is desalniettemin inventief te werk gegaan om de vanafprijs laag te houden. Zo is de bodemplaat een ingekorte versie van de Yaris. De Aygo X biedt geen keuze in motorisering, wat de prijs eveneens drukt. De 1,0 liter driecilinder (53 kW/72 pk) kennen we al uit de vorige Aygo; een motor met een lange historie.
Los van uitrustingsniveaus is de keuze voor een CVT-automaat de enige optie. Waarop Toyota uiteraard niet heeft bespaard, is kwaliteit. Dat is op zich geen nieuws, maar wel het vermelden waard is dat op de Aygo X (net als op andere modellen) tien jaar garantie wordt gegeven, tot maximaal 200 duizend km. Voor Toyota vormt dat gebaar weinig risico, gezien de kwaliteit waar het merk bekend om staat.
Uiterlijk is de Aygo X lekker eigenwijs, vooral in de tweekleurige uitvoering. Het levert me in de testperiode zelfs diverse complimenten op. Minpuntje van het ontwerp zijn de ‘puntige’ achterportieren, vooral als de auto in een krappe ruimte (parkeergarage) staat.
‘Vooral in de stad in z’n element’
Mede door zijn formaat is de Aygo X vooral in de stad in zijn element. Hij is lekker wendbaar, stuurt mooi licht bij inparkeren en heeft een scherpe achteruitrijcamera (niet in de allergoedkoopste versie). Voorin is het – althans op korte trajecten – voor volwassenen prima zitten, al kunnen de stoelen niet heel ver naar achteren. Met mijn 1.75 m pas ik nét achterin; het is geschikter voor baby’s en kinderen . De bagageruimte is met 231 liter inhoud bescheiden. Een compliment is op z’n plaats voor het feit dat élke Aygo X standaard een heel complete (veiligheids)uitrusting kent, inclusief bijvoorbeeld rijstrookbegeleiding, automatisch grootlicht en adaptieve cruise control.
Op de weg is de Aygo X een moeiteloos rijdende auto. De driecilinder knort er soms lekker op los, maar voor deze klasse vind ik het prestatieniveau prima. Iets minder ben ik te spreken over de combinatie met de CVT. Regelmatig denk ik: ‘hij stijgt op!’, zó jaagt die transmissie de motor in de toeren, bijvoorbeeld in de resume-functie van de cruise control. Het geluidsniveau is dan heel stevig. Ik vermoed dat de vijfbak fijner rijdt. Gemiddeld kwam ik nét niet aan 1 op 20; ik had gehoopt daar overheen te gaan. Mede door de compacte maten is het vrij logisch dat de vering nogal stug is, vooral op dwarsrichels van viaducten en zo. Maar oké, het is natuurlijk geen limousine.
Conclusie: de Aygo X is niet feilloos, maar biedt wel alles wat u van een compacte klasse mag verwachten. Hij is leuk, net ruim genoeg, rijdt best en is kwalitatief tóp!
