Grensoverschrijdend gedrag: berisping voor verpleegkundige

juridisch / Een verpleegkundige is berispt vanwege grensoverschrijdend gedrag. Hij stond een patiënt bij die gedetineerd zat in een penitentiaire inrichting. In dezelfde periode ging hij een relatie aan met de toenmalige vriendin van de klager.

Het Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg in Amsterdam heeft 28 april 2023 een verpleegkundige berispt wegens grensoverschrijdend gedrag. De (medisch) verpleegkundige stond de klager bij die gedetineerd zat in een penitentiaire inrichting (PI). De verpleegkundige ging in die periode een relatie aan met de toenmalige vriendin van de klager. 

De klager stelt dat de verpleegkundige vertrouwelijke informatie heeft gebruikt en/of het beroepsgeheim heeft geschonden. Ook verwijt hij de verpleegkundige verder dat hij geen melding heeft gemaakt – niet aan de klager noch binnen de PI – van het contact met de vriendin waaruit een relatie volgde.

Het college heeft vastgesteld dat de verpleegkundige ongeveer vijf maanden een behandelrelatie onderhield met de klager zonder hem te vertellen dat hij inmiddels een relatie met diens vriendin.

Oordeel

Het college heeft te oordelen over de vraag of de verpleegkundige de zorg heeft verleend die van hem verwacht mocht worden. De norm daarbij is een bekwame en redelijk handelend verpleegkundige. Hiermee dient rekening te worden met de gedragsregels voor verpleegkundigen. Uit artikel 7:7457 BW volgt dat voor het gerechtvaardigd doorbreken van het beroepsgeheim in beginsel toestemming nodig is van de patiënt (zijnde de klager).

Tijdens de behandeling van de zaak is niet komen vast te staan wat precies in de gesprekken tussen klager en verpleegkundige is gezegd over het delen van informatie met de (ex-)vriendin van de klager. En ook niet in hoeverre de klager toestemming heeft gegeven aan de verpleegkundige voor het delen van informatie. Uit het medisch dossier blijkt niet dat de klager heeft verzocht contact te zoeken met zijn vriendin. Het contact tussen de verpleegkundige en de (ex-)vriendin kan dus niet vanuit professionele overwegingen worden gerechtvaardigd.

De verpleegkundige heeft niet gehandeld conform de Beroepscode voor Verpleegkundigen gezien de behandelrelatie met klager. Bovendien heeft de verpleegkundige zijn professionele grenzen niet in acht genomen door de relatie niet te melden bij de PI en door collega’s en leidinggevende niet om hulp te vragen. Hiermee heeft de verpleegkundige ook in strijd gehandeld met artikel 2.4 van de Beroepscode voor Verpleegkundigen. Het college legt de verpleegkundige daarom de maatregel van een berisping op.

Deze zaak is terug te vinden op tuchtrecht.nl (zaaknummer ECLI:NL:TGZRAMS:2023:111)

Delen