Zorg in verkiezingstijden

De verkiezingen staan weer voor de deur en met meer deelnemende partijen dan ooit tevoren, wordt het nog een hele klus om op 15 maart aanstaande een afgewogen keuze te maken. Arts en Auto nam alle verkiezingsprogramma’s door en sprak met partijen om helder te krijgen wat ze van plan zijn op het gebied van de zorg. Het rommelde de afgelopen jaren immers flink op het front van het zorgstelsel. Moet marktwerking in de zorg in stand blijven, moet het op de schop of moet het hele stelsel veranderen? En wat zijn de belangrijkste veranderingen? Met die vragen in het achterhoofd zetten we de plannen van zeventien politieke partijen op een rij.

tekst: Eelke van Ark

CDA: gematigde  beperking marktwerking

Het CDA slaat met zijn programma een weg in van gematigde beperking van de marktwerking zonder het stelsel compleet te veranderen. Patiënt en verzekerde moeten meer macht krijgen.

Voor de positie van verzekeraars ten opzichte van zorgverleners staan geen veranderingen op de planning. Een verbod op winstuitkering voor zorgverzekeraars, dat kamerlid Hanke Bruins Slot afgelopen jaar al steunde, springt het meest in het oog. Het CDA wil verzekeraars verplichten minimaal één standaardpolis aan te bieden met gelijke voorwaarden bij alle verzekeraars.

Budgetpolissen wil de partij verbieden. De zorgkosten beteugelen moet blijven plaatsvinden door middel van bestuursakkoorden met een macroplafond, uit te voeren via de verzekeraars.

Vervanging van tweedelijnszorg door de eerste lijn is daarbij een speerpunt. Ook wil het CDA dat de overheid meer invloed gaat uitoefenen op de farmaceutische industrie om medicijnkosten te drukken. Het CDA wil het eigen risico fors verlagen. Tot slot wil het mogelijkheden onderzoeken om patiënten middels WMO- en cliëntenraden meer inspraak te geven.

PvdA: compromis

Nadat de campagne van de PvdA in 2012 geheel in het teken stond van het terugdraaien van marktwerking in de zorg, en de partij de afgelopen vier jaar door compromissen in het regeerakkoord juist mee moest werken aan het tegendeel, kiezen de socialisten in 2017 voor een soort middenweg.

Het eigen risico moet worden afgeschaft, de PvdA steunt ook het wetsvoorstel dat winstuitkering door zorgverzekeraars moet verbieden, maar een stelselwijziging wil de partij niet. Marktwerking zoals we die nu kennen, blijft gehandhaafd in de tweede lijn, maar specialistische zorg en eerstelijnszorg worden als het aan de PvdA ligt uitgezonderd.

De partij stelt voor de Mededingingswet aan te passen zodat huisartsen en andere eerstelijns zorgverleners makkelijker kunnen samenwerken.

Ook vindt de PvdA dat de eerste lijn meer zorg moet overnemen. De verzekeraars mogen tot slot ook niet langer concurreren met verschillende polissen: er moet een basispolis komen.

VVD: sterke verzekeraars en meer markt

De liberalen van de VVD zijn misschien wel de meest hartstochtelijke voorstanders van het stelsel van marktwerking in de zorg. Het partijprogramma is er dan ook op gericht om marktwerking in de zorg op de huidige manier voort te zetten en waar mogelijk zelfs uit te breiden. Zo wil de VVD dat het mogelijk wordt om winst uit te keren aan aandeelhouders van zorginstellingen, ook waar dat nu nog niet is toegestaan. Ook moeten verzekerden duidelijk kunnen zien wat het verschil in kwaliteit is tussen zorgverleners. De partij pleit daarom voor het transparant maken van die verschillen. Het eigen risico wordt niet aangepast. De zorgkosten wil de VVD net zoals in de afgelopen jaren in de hand houden door macrobudgetten die uitgevoerd worden door slim inkopende zorgverzekeraars. Daarmee blijft een sterke positie van verzekeraars belangrijk voor het VVD- programma. Bureaucratie verminderen wil de VVD door kwaliteitsindicatoren te uniformeren.

De ACM moet tot slot strenger gaan optreden bij fusies tussen zorginstellingen en verzekeraars, maar de VVD vindt dat daarbij het patiëntbelang voorop moet staan. Dat belang is volgens het verkiezingsprogramma vooral dat er voldoende keuze tussen zorgverleners moet blijven bestaan.

D66: zorgmarkt verderontwikkelen

Net als grote liberale broer VVD is D66 trots op het stelsel van gereguleerde marktwerking. ‘Het Nederlandse zorgstelsel wordt internationaal geroemd om de kwaliteit van zorg’; D66 wil dan ook zeker niet minder marktwerking, eerder meer. Verder uitkristalliseren, noemt de partij dat. De belangrijkste actie die nodig is op dit front, noemt de partij het inzichtelijk maken van kwaliteit van zorg, waar zorgaanbieders nu nadrukkelijk hun rol in moeten nemen. Binnen het bestaande stelsel ziet D66 wel verbeterpunten.

De partij pleit voor ruimte om te experimenteren op meerdere fronten: met populatiebekostiging bijvoorbeeld, met preventie op het gebied van gezond leven en met pilots die nieuwe vormen van contracteren mogelijk maken tussen verzekeraar en zorgverlener. De zorgverzekeraars moeten tot slot meer nadruk gaan leggen op kwaliteit en hun verzekerden daar beter over informeren. Winstuitkering door verzekeraars past daar volgens D66 niet bij. 

PVV: weinig duidelijkheid over de zorg

Wat de Partij voor de Vrijheid van Geert Wilders precies wil met de gezondheidszorg valt nauwelijks uit het verkiezingsprogramma op te maken. Maar woordvoerder Reinette Klever licht desgevraagd toe dat de PVV marktwerking in de zorg wil inperken. De partij steunt het Nationaal Zorgfonds niet, maar denkt dezelfde doelen te kunnen bereiken binnen de huidige opzet van het stelsel. Zorgverzekeraars moeten blijven, maar voeren wat de partij betreft niet langer de regie op de zorg. Hun rol moet zich beperken tot de taken die de ziekenfondsen eerder hadden; de rekeningen controleren en het geld overmaken aan zorgverleners. Verzekeraars mogen daarbij geen winst uitkeren en moeten vanuit hun winst en reserves de premies verlagen. Het eigen risico wil de PVV afschaffen. Artsen zullen tot slot in loondienst moeten als het aan de partij ligt.

SGP: alleen het eigen risico verlagen

De Staatkundig Gereformeerde Partij ziet zorg volgens haar verkiezingsprogramma als een christelijke opdracht. En aan die opdracht voldoet het zorgstelsel van gereguleerde marktwerking volgens de SGP min of meer; er wordt aan de opzet van het stelsel niets veranderd. Er moet volgens de partij een eind komen aan onnodige bureaucratie, maar daar worden geen concrete voorstellen aan verbonden. De SGP oppert dat verzekeraars zouden kunnen gaan werken met meerjarige contracten met hun patiënten. Een concreter idee is dat patiënten een bonus kunnen verdienen door fouten in de zorgfactuur op te sporen. De SGP wil tot slot het eigen risico behouden, maar verlagen tot een bedrag dat niet tot zorgmijding leidt.

GroenLinks: zorg democratiseren binnen mogelijkheden huidig stelsel

Hoewel GroenLinks in haar verkiezingsprogramma niet kiest voor een fundamentele stelselwijziging, wil de partij wel maatregelen nemen om ervoor te zorgen dat de machtsbalans tussen verzekeraars, zorgverleners en patiënten in evenwicht komt. Burgers krijgen zowel als verzekerde als patiënt meer invloed als het aan GroenLinks ligt. Dat begint bij een versterkte mogelijkheid tot vrije artsenkeuze: verzekeraars moeten altijd minimaal 80 procent van een behandeling vergoeden, ook als de zorgverlener geen contract heeft. Daarmee perkt GroenLinks de contractmacht van de verzekeraar in. Verzekerden krijgen bevoegdheid om een eigen lid van de raad van toezicht aan te stellen bij hun zorgverzekeraar en patiëntenorganisaties worden voortaan gefinancierd vanuit de premiegelden. De inkomens van zorgverzekeraars en zorgverleners, ook specialisten, krijgen een plafond volgens de Wet normering topinkomens. Om dat te kunnen bewerkstelligen moeten specialisten verplicht in loondienst, licht de partij toe. Tot slot wordt het eigen risico, als het aan GroenLinks ligt, afgeschaft.

SP, Partij voor de Dieren,  50PLUS en de Piratenpartij: op naar een Nationaal Zorgfonds

Vorig jaar gestart als een initiatief van de Socialistische Partij, wordt het plan voor een Nationaal Zorgfonds inmiddels ook volledig gesteund door de Partij voor de Dieren, 50PLUS en de Piratenpartij. In december maakte het Nationaal Zorgfonds voor het eerst concrete ideeën bekend over de invulling van zo’n stelselwijziging. Het is van alle partijen de meest radicale ommezwaai binnen het stelsel. Marktwerking wordt grotendeels afgeschaft, ten eerste door de private zorgverzekeraars te vervangen door een landelijk zorgfonds met regionale afdelingen, dat als verdeelkantoor van de zorggelden moet gaan functioneren. Het gaat overigens niet puur om een overheidsinstantie: de nationale afdeling wordt weliswaar een rijksdienst, maar de lokale zorgfondsen zullen bestaan uit stichtingen waarin zorginstanties, patiënten en gemeenten zijn vertegenwoordigd, laat het Zorgfonds weten.

Er komt een basispakket waarin alle zorg vergoed wordt op voorwaarde dat die medisch noodzakelijk is. Controle op rechtmatige zorg en kwaliteit van zorg wordt volgens de bedenkers van het Zorgfonds geborgd door de Inspectie te versterken en meer met spiegelinformatie te gaan werken onder zorgverleners. Keuzevrijheid moet geborgd worden met het recht op een second opinion en specialistische zorg wordt zo veel mogelijk geconcentreerd. De Nationale Zorgautoriteit wordt bij de komst van een Nationaal Zorgfonds, net als de zorgverzekeraars, afgeschaft. Prijzen van behandelingen worden vastgesteld op basis van de kennis die er nu is. Prestatiebekostiging zoals we die kennen binnen het huidige stelsel wordt aangepast. Er komt een vorm van populatiebekostiging zoals die nu ook ongeveer geldt voor de huisartsen: een vast bedrag afhankelijk van de te behandelen populatie, met een kleine extra vergoeding per behandeling of consult, waarmee toch enige financiële prikkels behouden blijven. De basispremie blijft net zo hoog als nu het geval is. Het eigen risico wordt helemaal afgeschaft. De aanvullende verzekeringen voor basiszorg ook; anders kunnen die de nationale voorziening ondermijnen volgens de bedenkers van het Zorgfonds. De zorgkosten in de hand houden, wordt een taak voor de landelijke rijksdienst. Net als nu wordt er met een macrobudget gewerkt, dat in het geval van het Zorgfonds verdeeld wordt over de regio’s. Om de stelselwijziging te bekostigen is volgens de bedenkers op jaarbasis 600 miljoen euro nodig voor het Zorgfonds zelf, plus 2,64 miljard euro voor de transitieperiode, uitgaande van vier jaar. Zou dat, zoals het CPB denkt, acht jaar duren, dan verdubbelen de kosten. Hoe dan ook: de elf miljard aan reserves die verzekeraars op de balans hebben, zouden die kosten moeten dekken. Verder levert de stelselwijziging vanwege het afschaffen van de verzekeraars en de NZa jaarlijks 1,5 miljard euro op en ook zou volgens de initiatiefnemers 2,25 miljard bespaard kunnen worden door het wegvallen van veel administratieve lasten door onder meer het versimpelen van de financiering. Ook zou 1 miljard euro bespaard kunnen worden met procesoptimalisatie.

ChristenUnie: geen onrust op stelselfront en specialisten in loondienst

‘Een stelselwijziging kost veel geld en leidt tot onnodige onrust in de zorg na alle recente veranderingen in het stelsel.’ Kortom: als het aan de ChristenUnie ligt, gaat er niet al te veel veranderen in de zorg de komende periode. En dat vertaalt zich in het verkiezingsprogramma in een maatregel als het stimuleren van inspraak van cliënten bij de zorgverzekeraar om die weer echt coöperatief te maken; een mogelijkheid die op dit moment nog niet optimaal benut wordt. Wel stelt de partij een aantal beleidswijzigingen voor. Er moet een maximale omvang komen voor zorgverzekeraars, aldus de CU, want ‘de positie van een aantal zorgverzekeraars is te dominant’.

De eigen bijdrage wil de partij aanzienlijk verlagen en komt te vervallen voor de prestatie ‘voorlichting’ in de apotheek. Specialisten moeten verplicht in loondienst. Ook wil de partij dat er een preventiefonds komt, waar de zorgverzekeraars financieel aan gaan bijdragen.

DENK: bekostiging afhankelijk maken van kwaliteitsuitkomsten

PvdA-afsplitsing DENK wil niet alleen meer aandacht voor wat zij cultuursensitieve zorg noemt, maar heeft ook enkele plannen voor de zorg als geheel. Geen stelselwijziging: de verzekeraars blijven. Het verkiezingsprogramma noemt de afschaffing van het eigen risico. Dat wil DENK bekostigen door de winsten van verzekeraars af te romen. Mocht dat de kosten toch niet dekken, dan moeten andere maatregelen uit het programma het gat dekken, zegt een woordvoerder van DENK. Bovendien moet 80 procent van de rijksbijdrage die de overheid doet aan de zorgverzekeraars, afhankelijk worden van kwaliteitsuitkomsten. Hoe die meetbaar te maken is niet duidelijk, maar DENK geeft aan dat de maatregel vooral een plan op hoofdlijnen betreft.

Nieuwe Wegen: 1366 behandelingen afschaffen en onderzoek Zorgfonds

Nieuwe Wegen, de afsplitsing van de PvdA onder leiding van Jacques Monasch, is ook een voorstander van het onderzoeken van de noodzaak van een Nationaal Zorgfonds. In ieder geval stelt de partij alvast voor om het eigen risico af te schaffen. Ook moet tandzorg terug in het basispakket. Het geld daarvoor wil de partij reserveren door reserves en winsten van verzekeraars af te romen. Meest opmerkelijke wijziging is dat Nieuwe Wegen de 1366 behandelingen die door de Nederlandse Federatie van UMC’s afgelopen november als ‘overbodig’ werden aangemerkt, niet langer wil vergoeden. Mochten deze maatregelen niet voldoende opleveren, dan denkt Nieuwe Wegen aan belastinginningen.

Vrijzinnige Partij: een soort ziekenfonds voor de basisverzekering

De Vrijzinnige Partij wil niet het hele zorgstelsel omgooien, zoals het Nationaal Zorgfonds beoogt, maar wil wel dat verzekeraars als een soort ziekenfondsen het basispakket onder directe controle van de overheid uit gaan voeren. Het eigen risico moet worden afgeschaft, dat kan volgens de partij gewoon bekostigd worden uit de winst die verzekeraars nu maken. Aanvullende verzekeringen blijven mogelijk. Zorgaanbieders blijft het verboden om zich te verenigen. De partij wil de prijzen van dure medicijnen beïnvloeden door het patentrecht te laten vervallen ‘bij buitenproportionele en plotselinge prijsverhogingen’. 

Artikel 1: nog geen zorgprogramma 

DENK-afsplitsing ‘Artikel 1’ van Sylvana Simons heeft buiten het thema anti-discriminatie nog geen concrete plannen gepubliceerd. Een visie op de gezondheidszorg is dan ook nog niet bekendgemaakt.

Delen