Zorgbureaucratie
De invloed van de zorgprofessional op zijn of haar dagelijks werk neemt af terwijl de bureaucratie steeds verder groeit, zo illustreert het boek Het alternatief voor de zorg. Maar hoeveel tijd en geld kost die bureaucratie eigenlijk?
Tekst: Eelke van Ark – Follow the Money | Beeld: Tamar Smit
Het lijkt wel alsof de zorg in steeds mindere mate draait om het feitelijke werk van genezen, verzorgen en verlichten en steeds meer om meten, verantwoorden en omzet maken. Dit lijkt een logisch gevolg van het verzakelijken van de zorg in de jaren negentig en de stelselwijziging in 2006. Want de omslag naar steeds meer sturing door management en later het invoeren van concurrentie en privatisering van de zorgverzekeringsbranche vereisten veel meer en ook andere administratieve handelingen, controlemechanismen en declaratiesystemen.
Lees hier ons interview met Lewi Vogelpoel
Door een markt met meer vrijheid te scheppen in een sector die een belangrijke publieke taak vervult, is een groter stelsel aan regels en meetinstrumenten nodig om de gewenste uitkomsten af te dwingen. Die bureaucratie stelt ook nieuwe eisen aan zorginstellingen en individuele zorgverleners. En dat kost tijd en middelen. Maar hoeveel tijd en middelen? De ziekenhuissector, die werk biedt aan ruim 261 duizend mensen, neemt met bijna 25 miljard euro (CBS 2013) het grootste deel van de zorgkosten in beslag. De sector is sinds de jaren zeventig ingrijpend veranderd. Uit cijfers van onder meer het CBS blijkt dat steeds minder wordt uitgegeven aan personeels-lasten en steeds meer aan andere zaken, zoals kapitaallasten en kosten voor ict-systemen. Ook de samenstelling van het personeel verandert; steeds meer mensen houden zich bezig met overheadtaken. In de academische ziekenhuizen is het aandeel overhead het grootst. Het CBS meldde hierover: ‘Een verklaring die doorgaans door de branche wordt gegeven, is de toenemende regelgeving op het gebied van de verantwoording over zorgverlening.’
Lees verder (pdf).