Mijn eerste jaar – Merel Klok
Als je gaat studeren en zeker als je op kamers gaat, kun je lekker alles zelf bepalen en maak je veel nieuwe vrienden. Hoe ervoeren andere eerstejaarsstudenten hun nieuwe leven?
Tekst: Andrea Linschoten | Beeld:
Opleiding geneeskunde Universiteit Maastricht
“Tijdens een beroepenmarkt liep ik toevallig binnen bij voorlichting over geneeskunde. Het was niet mijn droom om arts te worden, maar de combi van biologie met praktisch bezig zijn en de communicatie met patiënten spraken me erg aan. De studie is nog leuker dan ik dacht, ook in het eerste jaar oefenen we al met simulatiepatiënten en met elkaar. Bij lichamelijk onderzoek voelde ik me de eerste keer wel ongemakkelijk, ‘moet ik nu mijn shirt uitdoen?’, maar nu is dat heel gewoon. Het probleemgestuurd onderwijs vond ik wel lastig in het begin. Geef mij maar een boek om uit mijn hoofd te leren. Ik had nog houvast nodig, maar dat gaat steeds beter.
‘lichamelijk onderzoek is nu heel gewoon’
Op kamers bevalt me prima: koken, boodschappen doen, schoonmaken, ik heb nu mijn eigen leventje. Ik zit bij een volleybalvereniging en studievereniging, zo legde ik snel nieuwe contacten. Maastricht vind ik echt een gezellige stad. Wat ik wel lastig vind, is dat ik drie uur in de trein zit, terug naar huis in Ede. Ik werk daar in de bioscoop, dus ik ga er elk weekend heen. Ik kan niet goed studeren in de trein, dus die tijd zit ik dan maar uit. Het allerleukste vind ik dat we in een jaar zo veel geleerd hebben dat we echt al een heel consult kunnen voeren.”