Schmitz versus Snijders: verloren hoogvliegers
duocolumn / Hij is chirurg en opleider, zij werkt als jonge klare chirurg, vooralsnog zonder vaste aanstelling. In een duocolumn bespreken Roderick Schmitz en Heleen Snijders relevante zorgthema’s, tegenstellingen én taboes
Goodbye and hello Heleen,
Met een grijns op je gezicht heb je na tien jaar de Goudse deur achter je dichtgetrokken. Dat komt doordat het ziekenhuis in Delft voor jou de voordeur heeft opengezet voor een nieuw, hetzij tijdelijk, avontuur als gastro-intestinaal chirurg. Ik als opleider, coach, collega en zeker ook als vriend ben heel blij dat jij werk hebt gevonden in het vak waarin je bent opgeleid en waarvan je zo houdt.
Zoals je weet is dat niet vanzelfsprekend. Zojuist sprak ik een andere in Gouda opgeleide chirurg, die zich na bijna zes jaar werken als fellow in verschillende ziekenhuizen heeft aangemeld voor de opleiding huisartsgeneeskunde. Hij is moe, moe van het zonder perspectief kriskrassen door Nederland, en hij hoopt van harte dat hij als huisarts de bevlogenheid hervindt die hij onderweg is verloren.
Ook ik voel zijn pijn en verslagenheid en vind het doodzonde dat deze chirurgische hoogvlieger verloren gaat voor heelkundig Nederland. Maar ik voel mij in zekere zin ook opgelaten, omdat ik in de laatste fase van mijn carrière niet uitkijk naar mijn pensioen. Dat ik nog steeds lol heb in patiëntenzorg en mij ook graag blijf inzetten om de zorg beter, doelmatiger en leuker te maken.
Laten we afspreken, Heleen, dat als jij merkt dat ik te freewheelend naar mijn pensioen toe hobbel, ik zal stoppen. Want alleen met maximale inzet en bevlogenheid kan ik mijzelf recht in de ogen blijven aankijken.
Bizar Roderick,
Vorig jaar al schreef ik je over hoe ik me zou voelen wanneer ik mijn chirurgisch mes voorgoed aan de wilgen zou moeten hangen.
In de tussentijd sprak ik met verschillende (binnen mijn generatie weet ik er al vijf!) gastro-intestinale chirurgen die het vak noodgedwongen hebben moeten verlaten. Geen makkelijke beslissing en een die gepaard gaat met gevoelens van falen, verdriet en verlies. Maar ook hoor ik opluchting, omdat er een periode van vreselijke onzekerheid aan voorafging. Een periode van soms wel zes jaar, met een piek aan het einde van iedere tijdelijke baan. Want wat wordt de volgende stap?
Een belangrijke factor in de beslissing om te stoppen, is hoelang het je lukt in deze tijdelijkheid te verblijven. En dat hangt weer af van je persoonlijke situatie: je financiële (on)afhankelijkheid, je bereidheid om gescheiden te zijn van een eventueel gezin, de mate waarin je alternatieve opties kunt beschouwen. Maar ook: hoe lang kun je je schikken in die tijdelijke rol? Een rol met weinig inspraak en ruimte voor ontwikkeling. Je hoort immers niet bij de vaste club. Wanneer ik naar mezelf kijk, lijk ik met name van dat laatste last te hebben.
Inmiddels komt voor mij het einde van die tijdelijke baan in Delft weer in zicht. Dus word ik weer vaker wakker met een gevoel van onrust en onzekerheid. Voorlopig hou ik nog even vol. Ben benieuwd hoelang…