Uitlaatklep – Parachutespringen

In ‘Uitlaatklep’ vertellen collega’s op welke manier zij even stoom afblazen en loskomen van de hectiek van alledag. In deze aflevering: fysiotherapeut Simone Koopmans. 

Tekst: Martijn Reinink | Beeld: De Beeldredaktie/Jean-Pierre Jans

Boksen, ijshockey, duiken. Ze heeft altijd iets met niet-alledaagse sporten gehad, dus toen Simone Koopmans (28) van haar stiefvader een parachutesprong inclusief opleiding cadeau kreeg, zag ze dat gelijk helemaal zitten. Niet wetende dat ze nu, zes jaar later, zou samenwonen met de instructeur die de opleiding gaf én dat ze binnenkort voor de duizendste keer uit een vliegtuig springt. Een tijdlang heeft het koppel in de hoogseizoenen samengewoond op Texel, in een caravan. Koopmans werkte er als fysiotherapeut en als parachutist met camera, waarmee ze mensen die voor het eerst een (tandem)sprong maakten, in beeld bracht. “We hadden een heel vrij leven toen.” 

Fysiotherapeut Simone Koopmans: ’Alsof ze denken dat ik een grote meeuw ben’

Die levensfase is voorbij. Vorig jaar hebben ze een huis gekocht op het vaste land, vlakbij Leeuwarden. Koopmans heeft een fysiotherapiepraktijk aan huis, heeft zich gespecialiseerd in chronische pijn én doet in Groningen de verkorte opleiding tot arts. Ze brengt dus wat minder tijd in de lucht door. “Het is nu beperkt tot af en toe een weekend.” Waarbij de fysiotherapeut tegenwoordig liever een ‘paraglider’ dan een parachute pakt. “Drie jaar geleden maakte ik kennis met het paragliden. Ik was direct verkocht. Als de wind gunstig is, gaan mijn vriend en ik in de zomer vaak paragliden tijdens zonsondergang. Van een uur of 6 tot 10. Tussendoor even stoppen, bijkomen, kletsen en dan weer opstijgen vanaf de duinen. Dat opstijgen is wel zwaar, het vliegen zelf niet. Dan zweef je, samen met de meeuwen. Die komen zo dichtbij dat je ze kunt aanraken. Alsof ze denken dat ik een grote meeuw ben. Ik geniet van de wind, de zee, de rust, de stilte, de vogels. Het is het meest ultieme gevoel van vrijheid.”

De hobby is wel ‘een beetje uit de hand gelopen’, moet Koopmans bekennen. Intussen heeft ze thuis zeven parachutes en vleugels liggen. Voor elke windkracht de juiste variant. Maar één ding ontbreekt nog: een motortje. “Mijn droom is een paramotorbrevet te halen en met een motortje op mijn rug te vliegen. Is prijzig: alles met elkaar zo’n tienduizend euro. Máár dan kun je wel vanuit je eigen achtertuin opstijgen.” 

Delen